ECLI:NL:GHARL:2015:2162
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. van Schuijlenburg
- M. Zomer
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen beslissing kantonrechter inzake niet tijdig nemen van beslissing door officier van justitie
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 24 maart 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland. De kantonrechter had het beroep van de gemachtigde van de betrokkene ongegrond verklaard, omdat de officier van justitie niet tijdig een beslissing had genomen. De kantonrechter had de verdere beslissing aangehouden in afwachting van de zienswijze van de officier van justitie over het door de gemachtigde ingestelde beroep tegen de beslissing van de officier van justitie. De gemachtigde bestreed de beslissing van de kantonrechter, maar het hof oordeelde dat deze beslissing niet onder artikel 13, eerste lid van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) valt, maar een nevenbeslissing is. Dit betekent dat er pas hoger beroep kan worden ingesteld nadat de kantonrechter een beslissing heeft genomen die wel onder artikel 13 valt. Het hof concludeerde dat het hoger beroep van de betrokkene niet-ontvankelijk is, omdat de kantonrechter geen beslissing had genomen die het mogelijk maakte om hoger beroep in te stellen. Het hof heeft vervolgens bepaald dat het gehele procesdossier teruggezonden moet worden naar de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland voor verdere behandeling.