Uitspraak
1.[appellant 1],
2. [appellant 2],
3. [appellant 3],
4. [appellant 4],
[appellanten],
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
"te vernietigen het vonnis op 15 januari 2014 door de rechtbank te Midden-Nederland uitgesproken tussen appellanten als gedaagden en geïntimeerde als eiser en opnieuw rechtdoende, voor zover wettelijk toelaatbaar uitvoerbaar bij voorraad;
Geïntimeerde te veroordelen tot (terug)betaling van hetgeen appellanten uit hoofde van het vonnis waarvan beroep d.d. 15 januari 2014 heeft betaald, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf die datum;
Geïntimeerde te veroordelen in de kosten van beide instanties, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 119a BW over voornoemde kosten vanaf 14 dagen na de datum van het arrest."
2.De verdere beoordeling
grieven II, III en IVaangevoerd dat de rechtbank in haar vonnis ten onrechte verschillende in hun ogen relevante feiten, die zij in de grieven nader hebben omschreven, niet heeft vermeld.
"[X]'s ijs en chocolade"(verder te noemen [X]'s). In 2009 heeft zij de eerste vestiging geopend in [plaats 1].
"Algemeen Deel"het volgende opgenomen:
nauwkeurige schriftelijke informatie(hof: gegeven)
met betrekking tot de franchiseketen in het algemeen en de onderhavige franchiseovereenkomst in het bijzonder, waaronder begrepen de van toepassing zijnde algemene verkoop- en leveringsvoorwaarden en huishoudelijke reglementen.
"[X]'s ijs en chocolade"heeft op 29 januari 2010 plaatsgevonden. Vanaf dat tijdstip is de ijssalon bevoorraad door [appellant 1] en heeft [geïntimeerde] deelgenomen aan de activiteiten van [X]'s.