ECLI:NL:GHARL:2014:9769

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
25 november 2014
Publicatiedatum
16 december 2014
Zaaknummer
21-002017-14
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis politierechter in hoger beroep tegen strafzaak

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 25 november 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Overijssel, gedateerd 7 april 2014. De verdachte, geboren in 1986 en woonachtig in [woonplaats], had hoger beroep ingesteld tegen het eerder uitgesproken vonnis. Het hof heeft de zaak behandeld op de terechtzitting van 11 november 2014, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal, die vroeg om bevestiging van het vonnis van de eerste rechter. De raadsman van de verdachte, mr. R.B. Schmidt, heeft ook zijn standpunt naar voren gebracht. Na zorgvuldige overweging heeft het hof geoordeeld dat de eerste rechter op goede gronden heeft beslist en dat het vonnis terecht was. Het hof heeft daarom het vonnis waarvan beroep bevestigd, met overneming van de gronden van de eerste rechter. De beslissing werd uitgesproken door de voorzitter en de raadsheren in tegenwoordigheid van de griffier. De verdachte was niet aanwezig tijdens de uitspraak.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-002017-14
Uitspraak d.d.: 25 november 2014
TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Overijssel van 7 april 2014 met parketnummer 08-770002-14 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [1986] ,
wonende te [woonplaats] .

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 11 november 2014 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis van de eerste rechter zal bevestigen. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen namens verdachte door zijn raadsman,
mr R.B. Schmidt, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

Het hof is van oordeel dat de eerste rechter op goede gronden heeft geoordeeld en op juiste wijze heeft beslist. Daarom zal het vonnis waarvan beroep met overneming van die gronden worden bevestigd.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep.
Aldus gewezen door
mr M. Otte, voorzitter,
mr Y.A.J.M. van Kuijck en mr P. van Kesteren, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr R. Robroek, griffier,
en op 25 november 2014 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Proces-verbaal van het in dezelfde zaak voorgevallene ter openbare terechtzitting van het gerechtshof van 25 november 2014.
Tegenwoordig:
mr P. van Kesteren, voorzitter,
mr M.J.M van der Mark, advocaat-generaal,
mr B.T.H. Toonen-Janssen, griffier.
De voorzitter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig.
De voorzitter spreekt het arrest uit.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de voorzitter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.