Uitspraak
- de uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 8 mei 2002, waarbij de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege werd opgelegd;
- de beslissing van de rechtbank Oost-Brabant van 28 juni 2013, waarbij de verpleging van overheidswege voorwaardelijk is beëindigd;
- het verlengingsadvies en voortgangsverslag TBS van de reclassering van het Leger des Heils van 8 januari 2014;
- de rapportage pro justitia van 18 maart 2014, opgemaakt door J.M.J.F. Offermans, psychiater;
- de vordering van de officier van justitie, ingekomen op 14 februari 2014;
- het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg van 25 maart 2014;
- de beslissing waarvan beroep;
- de akte van beroep van 10 april 2014, waarbij het openbaar ministerie beroep heeft ingesteld tegen voornoemde beslissing;
- de schriftuur hoger beroep OM, ingekomen op 18 april 2014;
- het voortgangsverslag TBS van de reclassering van het Leger des Heils van 10 april 2014;
- het verlengingsadvies en voortgangsverslag TBS van de reclassering van het Leger des Heils van 4 augustus 2014.
Overwegingen
nietlanger voldaan aan het in artikel 38d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht genoemde vereiste voor verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling, te weten dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen die verlenging eist, Dit betekent dat de maatregel moet worden beëindigd. Anders dan ten tijde van de beslissing van de rechtbank staat het tweede lid van artikel 509t, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering hieraan niet langer in de weg, nu de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging inmiddels feitelijk al een jaar heeft geduurd. Het hof zal dan ook de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling afwijzen.
Beslissing
[naam terbeschikkinggestelde].