Uitspraak
de man
de vrouw
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
Geïntimeerde te gelasten binnen een door uw Gerechtshof nader te bepalen termijn met de minderjarige kinderen te gaan wonen binnen ene straal van maximaal 20 kilometer althans maximaal 40 kilometer gerekend vanaf [woonplaats man], zulks op verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag of ieder gedeelte daarvan dat geïntimeerde na betekening van het ten deze te wijzen arrest nalaat aan dit verbod c.q. gebod te voldoen; en
Geïntimeerde te gelasten om met onmiddellijke ingang na betekening van dit arrest de minderjarige [minderjarige 1] weer in te schrijven bij de [school] te [woonplaats man], zulks op verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag of ieder gedeelte daarvan dat geïntimeerde na betekening van het ten deze te wijzen arrest nalaat aan dit gebod te voldoen; en
indien en voor zover Uw Gerechtshof vordering I en II van appellant zou afwijzen,een voorlopige omgangsregeling vast te stellen tussen appellant en de minderjarige kinderen waarbij de kinderen met onmiddellijke ingang na betekening van dit arrest ieder weekend van vrijdag 18.00 uur tot zondagmiddag 17.00 uur, alsmede de helft van alle vakanties en feestdagen bij appellant verblijven, waarbij geïntimeerde gehouden is de kinderen te brengen en te halen, dit alles op verbeurte van een dwangsom van € 1.000,-- voor iedere dag of ieder gedeelte daarvan dat geïntimeerde na betekening van het ten deze te wijzen arrest nalaat aan dit gebod te voldoen;
Geïntimeerde te veroordelen in de kosten van de procedures in beide instanties, daaronder begrepen alle kosten welke op de tenuitvoerlegging vallen met daarbij de bepaling dat de proceskosten binnen 14 dagen na dagtekening van het arrest moeten zijn voldaan, met veroordeling van geïntimeerde tot betaling van de wettelijke rente over de proceskosten indien geïntimeerde deze kosten niet heeft voldaan binnen de hierbij bepaalde termijn."