ECLI:NL:GHARL:2014:1139
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. van Schuijlenburg
- A. Beswerda
- A. Sekeris
- Rechtspraak.nl
Toegang tot de rechter en zekerheidstelling in bestuursrechtelijke procedures
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 17 februari 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam van 4 september 2013. De betrokkene had hoger beroep ingesteld tegen de niet-ontvankelijkverklaring van haar beroep door de kantonrechter. De kantonrechter had geoordeeld dat de betrokkene niet tijdig zekerheid had gesteld voor de betaling van een administratieve sanctie, en had haar beroep niet-ontvankelijk verklaard. De betrokkene voerde in hoger beroep aan dat zij financieel niet in staat was om de gevraagde zekerheid te stellen, en dat zij meerdere pogingen had gedaan om dit bedrag over te maken, maar dat dit niet was gelukt.
Het hof oordeelde dat de kantonrechter de betrokkene in de gelegenheid had moeten stellen om haar financiële situatie toe te lichten, vooral omdat de betrokkene met redenen omkleed had aangevoerd dat zij niet in staat was om de gevraagde zekerheid te stellen. Het hof kwam terug op zijn eerdere jurisprudentie, waarin werd gesteld dat voor een zekerheidstelling van niet meer dan € 70,- geen zitting nodig was. Het hof oordeelde dat zelfs een bedrag van € 70,- onder bepaalde omstandigheden een belemmering kan zijn voor de toegang tot de rechter. Daarom moet de betrokkene, die een draagkrachtverweer heeft gevoerd, de kans krijgen om dit toe te lichten in een zitting.
Gelet op deze overwegingen vernietigde het hof de beslissing van de kantonrechter en wees de zaak terug naar de rechtbank Rotterdam voor verdere behandeling. Het hof benadrukte het belang van de toegang tot de rechter en de noodzaak om de financiële omstandigheden van de betrokkene serieus te nemen in bestuursrechtelijke procedures.