Uitspraak
[verdachte],
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
Vrijspraak
alser sprake is van een schijnovereenkomst er geen sprake kan zijn van een geldige titel en dus van een schijnzekerheidsstelling voor de hypotheekverstrekker (omdat hij dan niets aan zijn zekerheidsstelling heeft), heeft verdachte onderzoek gedaan naar de redenen voor de gekozen constructie. Verdachte heeft navraag gedaan bij partijen naar hun bedoelingen en belangen bij de door hen overeengekomen ABC-leveringen met betrekking tot de eerste twee schepen (de [naam1] en [naam2]). Partijen vertelden hem in antwoord op zijn vragen dat de schepen in opdracht van de Finse rechtspersoon zijn gebouwd, maar dat dit bedrijf uiteindelijk de schepen niet (alle vier) gefinancierd kreeg. Het bedrijf leverde de schepen derhalve door aan een CV die ze wel gefinancierd kon krijgen. Verdachte heeft voorts aangegeven naar mogelijk nadeel voor de bank of de fiscus te hebben gekeken. Een en ander gaf verdachte geen aanleiding tot het doen van nader onderzoek. De enkele omstandigheid dat één van de partijen in het buitenland zetelde maakte dat voor verdachte niet anders gelet op het internationale karakter van de scheepvaartpraktijk. Verdachte heeft tevens aangegeven dat het gebruikelijk en zelfs wenselijk is dat de documenten van de levering en de doorlevering zo snel mogelijk na elkaar worden getekend. Dit dient om het (persoonlijke) financiële risico voor de B-partij, in dit geval de Finse rechtspersoon, zo klein mogelijk te houden.