ECLI:NL:GHARL:2013:CA1421
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- R.W. van Zuijlen
- C.G. Nunnikhoven
- A.E. Harteveld
- Rechtspraak.nl
Verzoek om hogere vergoeding wegens reputatieschade en intrekking seizoenskaart voetbalclub
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 april 2013 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een verzoeker die een hogere vergoeding vroeg op grond van artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering. De verzoeker, die eerder was vrijgesproken van een strafbaar feit, verzocht om een schadevergoeding van € 630,= voor twee dagen in verzekeringstelling en € 55,85 voor de schade door het intrekken van zijn seizoenskaart van een voetbalclub. Het hof heeft vastgesteld dat het verzoekschrift tijdig was ingediend en derhalve ontvankelijk was. De advocaat-generaal en de raadsman van de verzoeker hebben hun standpunten toegelicht in een openbare raadkamer op 4 maart 2013.
Het hof overwoog dat de verzoeker in januari 2012 in verzekering was gesteld en dat hij twee dagen in een politiecel had doorgebracht. De rechter kan op grond van artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering een vergoeding toekennen voor schade die is geleden door ondergane verzekering, mits de zaak is geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel. Het hof oordeelde dat de verzoeker recht had op een vergoeding van € 210,= voor de twee dagen in verzekering, maar wees het verzoek om een hogere vergoeding voor immateriële schade af. Het hof concludeerde dat de reputatieschade die de verzoeker had geleden niet het gevolg was van de ondergane verzekering, maar van de verdenking en de publiciteit daarover.
De gevraagde vergoeding voor het missen van voetbalwedstrijden door het intrekken van de seizoenskaart viel buiten het beslissingskader van artikel 89. Het hof kende de verzoeker een vergoeding toe van € 210,= en wees het overige verzoek af. De beschikking werd gegeven door de drie rechters in Arnhem, met de griffier aanwezig, en werd uitgesproken in een openbare zitting.