ECLI:NL:GHARL:2013:BZ8637
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- W. Breemhaar
- M.M.A. Wind
- B.J.H. Hofstee
- Rechtspraak.nl
Hoofdelijkheid van samenwoners bij schuld aan de ING Bank en de gevolgen van finale kwijting
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 23 april 2013, gaat het om de hoofdelijkheid van samenwoners voor een schuld aan de ING Bank. De appellant, die na de beëindiging van zijn relatie een schuldsaneringstraject heeft doorlopen, betwist dat hij nog hoofdelijk aansprakelijk is voor de schuld aan de ING Bank, nadat hij finale kwijting heeft ontvangen voor het restant van de schuld. De geïntimeerde stelt echter dat er een overeenkomst is gesloten op 2 oktober 2008, waarin is vastgelegd dat de appellant de schuld aan de ING Bank voor zijn rekening neemt. De rechtbank Assen had in eerste aanleg de appellant veroordeeld tot betaling van de schuld aan de geïntimeerde, maar de appellant heeft in hoger beroep de beslissing aangevochten.
Het hof heeft vastgesteld dat de appellant en geïntimeerde een affectieve relatie hebben gehad en dat zij samen een doorlopend krediet hebben afgesloten. De appellant heeft aangevoerd dat hij de overeenkomst van 2 oktober 2008 nooit heeft gezien en dat zijn handtekening niet onder de overeenkomst staat. De geïntimeerde daarentegen stelt dat de appellant de overeenkomst heeft ondertekend en dat hij zich heeft verbonden om de schuld aan de ING Bank te voldoen. Het hof heeft de geïntimeerde in de gelegenheid gesteld om bewijs te leveren van de ondertekening van de akte van verdeling.
De uitspraak van het hof benadrukt de complexiteit van de onderlinge verplichtingen tussen samenwoners en de gevolgen van schulden na beëindiging van een relatie. Het hof heeft de zaak aangehouden om de geïntimeerde de kans te geven zich uit te laten over het bewijs van de ondertekening van de akte van verdeling. De beslissing van het hof is van belang voor de rechtsverhouding tussen de partijen en de vraag of de appellant nog steeds aansprakelijk is voor de schuld aan de ING Bank, ondanks de finale kwijting die hij heeft ontvangen.