ECLI:NL:GHARL:2013:BZ1560

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
20 februari 2013
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
24-000775-12
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenarrest inzake verkeersongeval met tijdsynchronisatievraagstukken

In deze zaak, die betrekking heeft op een verkeersongeval dat plaatsvond op 11 maart 2011 op de Esdoornstraat te Leeuwarden, heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 20 februari 2013 een tussenarrest gewezen. Het hof heeft het hoger beroep behandeld dat was ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 26 maart 2012. De verdachte, vertegenwoordigd door zijn raadsman mr. E. van der Meer, heeft de vaststelling van de feiten ter discussie gesteld. Het hof heeft vastgesteld dat er een tijdsverschil van 3.17 minuten bestond tussen de klok van de bewakingscamera van het Comeniuscollege en de klok van de 112-centrale. Dit tijdsverschil roept vragen op over de wijze waarop de klokken zijn verzet tijdens de overgang naar de zomertijd en wintertijd in 2011.

Het hof heeft daarom verzocht om nadere informatie over de tijdsynchronisatie van de klokken. Specifiek wil het hof weten of het verzetten van de klokken handmatig of automatisch heeft plaatsgevonden, en zo ja, hoe dit is gebeurd. Daarnaast is het hof geïnteresseerd in de mogelijkheid van afwijkingen in de tijdsaanduiding en de omvang daarvan. Het hof heeft ook verzocht om het horen van een getuige die mogelijk relevante informatie kan verstrekken over de tijdsynchronisatie.

De zaak is heropend voor verder onderzoek, waarbij het hof heeft bepaald dat het onderzoek op 21 maart 2013 zal worden hervat. Het hof heeft de advocaat-generaal en de raadsman gevraagd of zij instemmen met het horen van de getuige door een van de raadsheren uit de zittingscombinatie. Dit tussenarrest benadrukt het belang van nauwkeurige tijdsregistratie in strafzaken en de impact daarvan op de beoordeling van de feiten.

Uitspraak

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
locatie Leeuwarden
Afdeling strafrecht
Parketnummer: 24-000775-12
Uitspraak d.d.: 20 februari 2013
TEGENSPRAAK
Tussenarrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 26 maart 2012 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1972],
wonende te [woonplaats], [adres].
Het hoger beroep
De verdachte en de officier van justitie hebben tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 6 februari 2013 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot bewezenverklaring van het onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde en veroordeling ter zake van deze feiten tot een gevangenisstraf van 6 jaren, met aftrek van voorarrest, een ontzegging van de rijbevoegdheid van 5 jaren, met aftrek van de periode dat het rijbewijs van verdachte ingevorderd en ingehouden is en verbeurdverklaring van de in beslag genomen auto. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,
mr. E. van der Meer, naar voren is gebracht.
Tijdens de beraadslaging in raadkamer is gebleken, dat het onderzoek niet volledig is geweest.
Het hof wenst nader te worden ingelicht over het volgende.
Het hof heeft kennisgenomen van het proces-verbaal Verkeersongevalsanalyse (nr. 11.03.11.2005.2229a), d.d. 4 maart 2012. Dit proces-verbaal maakt onder 2. melding van een "onderzoek tijd synchronisatie". Daarin wordt opgemerkt dat er op donderdag 7 april 2011 al een nader onderzoek was ingesteld met betrekking tot de tijd (klok) van de bewakingscamera van het Comeniuscollege ten opzichte van de tijd van de 112-centrale die destijds nog stond op de Meldkamer Friesland aan de Holstmeerweg 3 te Leeuwarden. Niet staat vermeld wat dat onderzoek indertijd heeft opgeleverd.
Ten behoeve van het nadere onderzoek (begin 2012) heeft de politie contact opgenomen met de conciërge van het Comeniuscollege, gevestigd aan de Esdoornstraat te Leeuwarden. Verbalisant heeft met de conciërge enkele testen gedaan met betrekking tot de tijd. Daaruit bleek dat er op dat moment een tijdsverschil was. De bewakingscamera liep 3.17 minuten voor op de klok van de 112-centrale.
Ter zitting van het hof heeft de verdediging deze vaststelling ter discussie gesteld. Het ongeval op de Esdoornstraat te Leeuwarden heeft plaatsgevonden op 11 maart 2011.
Het hof heeft geconstateerd dat daarna op 27 maart 2011 de zomertijd en op 30 oktober 2011 de wintertijd zijn ingegaan. Vervolgens heeft het onderzoek plaatsgevonden dat als resultaat had dat er een tijdsverschil tussen de beide klokken was van 3.17 minuten.
Het hof wenst gelet op het voorgaande antwoord te krijgen op de volgende vragen:
1. Geschiedde het verzetten van de klokken op genoemde data handmatig of automatisch?
2. Indien het verzetten automatisch is geschied:
Gaarne toelichten hoe dat is gebeurd (bijvoorbeeld gekoppeld aan atoomklok?).
Kunnen daardoor naast de wijzigingen in de uuraanduiding (kleine) afwijkingen in de tijdsaanduiding zijn ontstaan?
Indien daarvan sprake is, wat is de omvang van deze afwijkingen?
3. Indien het verzetten handmatig is geschied:
Is dit telkens door dezelfde persoon gedaan?
Op welke wijze is dit gedaan?
Hoeveel tijd heeft dit in beslag genomen?
Is daarvoor alleen de uuraanduiding gewijzigd of is de klok vooruit/teruggedraaid?
Zijn hierdoor tijdsverschillen ontstaan?
Zo ja, van welke omvang?
Tevens verzoekt het hof eventuele voor de beantwoording van de vragen andere relevante informatie te verstrekken.
Daarnaast acht het hof wenselijk dat door de raadsheer-commissaris als getuige wordt gehoord:
- [getuige], wonende te [woonplaats].
De tussenuitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
Heropent het onderzoek.
Stelt (een afschrift van) de stukken in handen van de advocaat-generaal, teneinde voormeld onderzoek door de politie te doen uitvoeren.
Bepaalt dat het onderzoek zal worden hervat op 21 maart 2013 te 8.50 uur alleen teneinde van de advocaat-generaal en de raadsman te vernemen of zij instemmen met het horen van de getuige [getuige] door een van de raadsheren uit de zittingscombinatie.
Beveelt de oproeping van verdachte tegen voormeld tijdstip, met tijdige kennisgeving daarvan aan de raadsman van de verdachte.
Aldus gewezen door
mr. D.V.E.M. van der Wiel-Rammeloo, voorzitter,
mr. P. Koolschijn en mr. R.E.A. Toeter, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. I.N. Koers, griffier,
en op 20 februari 2013 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. R.E.A. Toeter is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.