Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte],
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij in of omstreeks de periode van 4 oktober 2009 tot en met 2 juni 2012 te [plaats], in de gemeente [gemeente], meermalen, met [slachtoffer1], geboren op 9 augustus 2004, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer1], hebbende verdachte meermalen
hij in of omstreeks de periode van 1 juli 2011 tot en met 2 juni 2012 te [plaats], in de gemeente [gemeente], meermalen, met [slachtoffer2], geboren 28 april 2007, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer2], hebbende verdachte, meermalen
hij in of omstreeks de periode van 29 mei 2012 tot en met 2 juni 2012 te [plaats], in de gemeente [gemeente], met [benadeelde1], geboren op 11 maart 2003, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde1], hebbende verdachte
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2011 tot en met 4 april 2011 te [plaats], in de gemeente [gemeente], meermalen, met [benadeelde2], geboren op 30 juni 2003, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, hebbende verdachte die [benadeelde2] betast bij haar vagina en/of kusjes gegeven in de nek en/of op haar buik en/of die [benadeelde2] op/tegen zijn (harde) penis laten zitten en/of die [benadeelde2] op zijn arm laten zitten met haar ene been aan de ene kant en haar andere been aan de andere kant en haar vervolgens heen en weer gewiebeld (waarbij haar vagina bewust werd aangeraakt) en/of bovenop die [benadeelde2] gelegen.
Vrijspraak
Bewezenverklaring
hij in de periode van 4 oktober 2009 tot en met 2 juni 2012 te [plaats], in de gemeente [gemeente], meermalen, met [slachtoffer1], geboren op 9 augustus 2004, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer1], hebbende verdachte meermalen
hij in de periode van 1 juli 2011 tot en met 2 juni 2012 te [plaats], in de gemeente [gemeente], meermalen, met [slachtoffer2], geboren 28 april 2007, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer2], hebbende verdachte, meermalen
hij op 2 juni 2012 te [plaats], in de gemeente [gemeente], met [benadeelde1], geboren op 11 maart 2003, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde1], hebbende verdachte
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Oplegging van de maatregel
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde2]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde1]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
5 ( vijf) jaren.
ter beschikking wordt gestelden beveelt dat hij van overheidswege zal worden verpleegd.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde2]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde1]
€ 1.131,92 (duizend honderdeenendertig euro en tweeënnegentig cent) bestaande uit € 31,92 (eenendertig euro en tweeënnegentig cent) materiële schade en € 1.100,00 (duizend honderd euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 1.131,92 (duizend honderdeenendertig euro en tweeënnegentig cent) bestaande uit € 31,92 (eenendertig euro en tweeënnegentig cent) materiële schade en € 1.100,00 (duizend honderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
21 (eenentwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.