Uitspraak
1.[appellant],
[appellanten],
1.[geïntimeerde 1],
[geïntimeerden],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
opde hiervoor onder 3.2 genoemde smalle percelen en wel aan de oostzijde daarvan. Na enige afstand maakt het pad een haakse bocht naar links en vervolgens een haakse bocht naar rechts, waarna het verder gaat in noordelijke richting, maar thans
terzijdevan de reeks percelen, te weten op een aan de westzijde van de reeks percelen gelegen gedeelte van het (grotere) perceel 9895 van [appellant]. Het pad loopt aldaar dicht langs de woning van [appellant].
huidigepad door notariële inschrijving is gevestigd, omdat de loop van het in de akte vastgestelde pad niet correspondeert met de loop van het huidige pad; het pad uit de akte van 1897 loopt grotendeels over andere percelen dan het huidige pad. Van verjaring is, op nader in het advies aangegeven gronden, evenmin sprake, aldus het advies. In verband met de omstandigheid dat er een andere toegangsweg is, kan het pad niet als een noodweg worden gekwalificeerd.
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling in hoger beroep
19 mei 2011 een (vaststellings-) overeenkomst gesloten waarin zij overeenkomen het geschil dat hun verdeeld houdt bij wege van bindend advies door mr. G. Machiels te laten beslechten.
LJN BW 0727,is bevestigd dat in een geval als het onderhavige, waarin partijen zijn overeengekomen dat zij zich binden aan een door derden - in opdracht van partijen - te geven beslissing, alleen ernstige gebreken in de beslissing gebondenheid eraan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar kunnen maken.