Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z]
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om de vraag of de heffingsambtenaar van de gemeente Heerenveen terecht een naheffingsaanslag heeft opgelegd aan belanghebbende, die zijn auto op 4 januari 2012 had geparkeerd. De naheffingsaanslag betrof een bedrag van € 1,00 aan parkeerbelasting en € 52 aan kosten. Belanghebbende betwistte de naheffingsaanslag en stelde dat hij wel degelijk een parkeerticket had gekocht, maar dat hij dit te laat in zijn auto had gelegd omdat hij onderweg was opgehouden door een gesprek met een kennis. De heffingsambtenaar daarentegen stelde dat de parkeercontroleur om 13:58 uur geen geldig parkeerticket in de auto had aangetroffen, wat leidde tot de naheffingsaanslag. Het Hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen, waaronder de tijd die belanghebbende nodig had om naar de parkeerautomaat te lopen en het feit dat hij slecht ter been was. Het Hof oordeelde dat de heffingsambtenaar voldoende aannemelijk had gemaakt dat de verschuldigde parkeerbelasting niet was voldaan op het moment dat de naheffingsaanslag werd opgelegd. Het Hof concludeerde dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd en bevestigde de uitspraak van de rechtbank.