ECLI:NL:GHARL:2013:7187

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
24 september 2013
Publicatiedatum
26 september 2013
Zaaknummer
CR 200.123.872-01 24-9-2013
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging voor het in rekening brengen van extra kosten in verband met stabiliseren van schuldenpostitie afgewezen

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 24 september 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwijzing van een verzoek tot machtiging voor het in rekening brengen van extra kosten door de bewindvoerder van de rechthebbende. De bewindvoerder, Kompas Zuidlaren B.V., had eerder bij de rechtbank Assen een verzoek ingediend om extra kosten te mogen declareren in verband met het stabiliseren van de schuldenpositie van de rechthebbende. De rechtbank had dit verzoek op 21 december 2012 afgewezen, waarna de bewindvoerder in hoger beroep ging.

Tijdens de behandeling van de zaak op 20 augustus 2013 heeft het hof kennisgenomen van de argumenten van beide partijen. De bewindvoerder stelde dat de rechthebbende een problematische schuldenlast heeft en dat extra werkzaamheden noodzakelijk waren om deze schuldenlast te stabiliseren. De rechthebbende betwistte echter dat er extra werkzaamheden waren verricht die buiten de normale taken van de bewindvoerder vielen.

Het hof oordeelde dat de bewindvoerder onvoldoende had aangetoond dat de verrichte werkzaamheden niet binnen de gebruikelijke werkzaamheden vielen en dat er geen bewijs was dat de schuldenlast daadwerkelijk was gestabiliseerd. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd en het verzoek van de bewindvoerder afgewezen. De proceskosten werden niet toegewezen aan de bewindvoerder, gezien de aard van de zaak.

De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke bewijsvoering bij verzoeken om extra kosten in het kader van bewindvoering en de noodzaak voor bewindvoerders om aan te tonen dat hun werkzaamheden buiten de gebruikelijke taken vallen.

Uitspraak

Beschikking d.d. 24 september 2013
Zaaknummer 200.123.872

HET GERECHTSHOF ARNHEM- LEEUWARDEN

Locatie Leeuwarden

Beschikking in de zaak van

Kompas Zuidlaren B.V.,
gevestigd te Zuidlaren,
appellant,
hierna te noemen:
de bewindvoerder dan wel Kompas,
advocaat mr. E.P. Groot, kantoorhoudende te Groningen.
Belanghebbende:
[belanghebbende],
wonende te [woonplaats],
hierna te noemen:
de rechthebbende,
advocaat mr. J. de Haan, kantoorhoudende te Utrecht.

Het geding in eerste aanleg

Bij beschikking van 21 december 2012 (zaaknummer: 360817 EN VERZ 12-7733 BM 5902) heeft de rechtbank Assen, sector kanton, locatie Assen, het verzoek van de bewindvoerder strekkende tot het verlenen van machtiging voor het in rekening brengen van extra kosten in verband met het stabiliseren van de schuldenpositie van de rechthebbende afgewezen.

Het geding in hoger beroep

Bij beroepschrift, ingekomen ter griffie op 19 maart 2013, heeft de bewindvoerder verzocht de beschikking van 21 december 2012 te vernietigen en alsnog voor de verzochte vergoeding machtiging te verlenen, een en ander kosten rechtens.
Bij verweerschrift, binnengekomen op de griffie op 27 mei 2013, heeft de recht-hebbende het verzoek bestreden en verzocht om bij beschikking het verzoek van Kompas af te wijzen en Kompas te veroordelen om aan de rechthebbende de kosten te vergoeden die hij in verband met het voeren van deze procedure heeft moeten maken.
Het hof heeft voorts kennisgenomen van de overige stukken.
Ter zitting van 20 augustus 2013 is de zaak behandeld. Verschenen zijn namens Kompas de heer [namens Kompas] en de heer [namens Kompas 2], bijgestaan door hun advocaat, en mr. De Haan namens de rechthebbende.

De beoordeling

De vaststaande feiten

1.
Bij beschikking van 14 juni 2011 heeft de kantonrechter Licentia B.V. ontslagen als bewindvoerder en Kompas als nieuwe bewindvoerder benoemd over de goederen van de rechthebbende die zijn omschreven in de beschikking van de kantonrechter te Assen d.d. 11 mei 2010.
2.
Bij inleidend verzoekschrift van 3 december 2012 heeft de bewindvoerder de rechtbank verzocht machtiging te verlenen tot het in rekening mogen brengen van een vergoeding ad € 317,50 ex. btw bij de rechthebbende.
3.
Bij de beschikking waarvan beroep heeft de kantonrechter beslist als hiervoor vermeld onder het kopje "Het geding in eerste aanleg". Tegen deze beslissing is het hoger beroep van de bewindvoerder gericht.
De overwegingen van het hof
4.
Bij de beoordeling van de vraag of de werkzaamheden die de bewindvoerder in
de uitoefening van zijn taak verricht al dan niet voor afzonderlijke beloning in aanmerking kunnen komen, dient naar het oordeel van het hof in de regel acht te worden geslagen op de zogeheten "Aanbevelingen meerderjarigenbewind" zoals deze door het Landelijk Overleg Kantonsectorvoorzitters (LOVCK) met het oog op de gewenste uniformering in de rechtstoepassing binnen de bewindpraktijk zijn vastgesteld. Hierin zijn onder meer beloningsafspraken en het daarbij behorende takenpakket voor professionele bewindvoerders, aangesloten bij de Branche­ vereniging Professionele Bewindvoerders en Inkomenbeheerders (BPBI), vastgelegd.
In dit systeem is de beloning gemaximeerd en zijn de daarvoor te verrichten werkzaamheden nauwkeurig omschreven. Voor werkzaamheden die daarbuiten vallen kan, met voorafgaande machtiging van de (toezichthoudende) kanton-rechter, worden gedeclareerd tegen een eveneens vastgesteld maximum­uurtarief.
5.
Gelet op de inhoud van de bovengenoemde richtlijnen is het hof van oordeel
dat voor het in aanmerking komen voor een vergoeding voor verrichtte (extra) werkzaamheden die niet binnen het tarief vallen niet verplicht is dat er sanerings-werkzaamheden zijn verricht, zoals door de kantonrechter in de bestreden beschikking is overwogen. In de richtlijnen is een opsomming gegeven van werkzaamheden die niet tot de gewone werkzaamheden behoren en die wel voor een vergoeding in aanmerking kunnen komen, waaronder werkzaamheden ten behoeve van het stabiliseren van problematische schuldsituaties in het voortraject en in het kader van de toeleiding tot een minnelijke- of wettelijke schulden-regeling. Voorts gaan de richtlijnen ervan uit dat voor extra werkzaamheden,
die niet binnen het tarief vallen, voorafgaand aan de te verrichten (extra) werk-zaamheden machtiging wordt gevraagd aan de kantonrechter. Deze werkzaam-heden worden dan vergoed tegen het uurloon.
6.
De bewindvoerder brengt in het appelschrift naar voren dat de rechthebbende een problematische schuldenlast heeft, die uiteindelijk gesaneerd dient te worden door een kredietbank. Volgens de bewindvoerder is het grote probleem dat krediet-banken alleen klanten aannemen met een stabiele schuldenlast. In ieder geval moet duidelijk zijn wie de schuldeisers zijn, hoe de schulden zijn ontstaan, wat
de oorspronkelijke hoogte en de huidige hoogte van de schuldenlast is.
Daarnaast mogen de schulden gedurende de periode van de onderbewindstelling niet verder oplopen. Om de schulden te kunnen inventariseren en stabiliseren heeft Kompas werkzaamheden verricht die volgens hen niet behoren tot de gewone werkzaamheden en het voortraject zijn van een problematische schuldenregeling. Volgens Kompas waren de gemaakte uren en kosten noodzakelijk.
De bewindvoerder merkt nog op dat het beleid van de rechtbanken er onterecht vanuit gaat dat er door de bewindvoerder sanerings-werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd.
9.
Namens de rechthebbende is ter zitting van het hof naar voren gebracht dat het standpunt dat Kompas niet-ontvankelijk is in het appel doordat het totaal van de vordering lager is dan de appelgrens van € 1.750,-- niet langer wordt gehandhaafd.
10.
Volgens de rechthebbende blijkt uit de door de bewindvoerder overgelegde stukken niet dat Kompas daadwerkelijk extra werkzaamheden heeft moeten verrichten. Immers, het inventariseren van de schulden, het opstellen van een schuldenlijst en het vaststellen van een eventuele afloscapaciteit geven enkel blijk van inkomensbeheer. Niet blijkt dat er aandacht is besteed aan het herschikken en saneren van de schulden en/of dat er daadwerkelijk betalingsregelingen zijn getroffen of onderhandelingen daarover zijn gevoerd. Voorts is niet aangetoond dat er saneringswerkzaamheden worden uitgevoerd door de bewindvoerder en evenmin is aangetoond dat deze werkzaamheden circa drie jaren bedragen. Volgens de rechthebbende verblijft hij al een aantal maanden bij [verblijfplaats] in [woonplaats] waar hij werkt aan zijn verslavingprobleem en aan zijn toekomst.
De (verblijfs)kosten bij [verblijfplaats] staan vast en de rechthebbende heeft geen
tot weinig extra kosten per maand. Het is dan ook onaannemelijk dat de saneringswerkzaamheden, voor zover deze de normale werkzaamheden overschrijden, blijven voortduren, aldus de rechthebbende.
11.
Ter zitting heeft de bewindvoerder een toelichting gegeven op de extra werk-zaamheden die zouden zijn verricht om de schuldenlast van de rechthebbende te stabiliseren. Volgens de bewindvoerder was de schuldenlast van de rechthebbende niet stabiel en zijn de schulden opgelopen. De bewindvoerder heeft aangegeven dat de rechthebbende sinds de aanvang van het bewind vier keer is verhuisd waardoor er geen schuldregeling kon worden aangevraagd.
De bewindvoerder heeft voorts aangegeven dat er door de verhuizingen van
de rechthebbende vier maal bijzondere bijstand door de bewindvoerder is aangevraagd, hetgeen namens de rechthebbende overigens is betwist.
14.
Naar het oordeel van het hof heeft de bewindvoerder, mede gelet op de gemotiveerde betwisting door de rechthebbende, onvoldoende nader toegelicht
dat Kompas werkzaamheden heeft verricht die buiten de normale werkzaamheden vallen om de schuldenlast van de rechthebbende stabiliseren. Namens de recht-hebbende is ter zitting van het hof wel erkend dat de rechthebbende vier maal is verhuisd. Naar het oordeel van het hof leidt dit gegeven echter niet zonder meer tot de conclusie dat er werkzaamheden zijn verricht die niet tot de gewone werk-zaamheden behoren en die wel voor een vergoeding in aanmerking kunnen komen.
De proceskosten
15.
Het hof zal, gelet op de aard van de zaak, het verzoek van de rechthebbende om de bewindvoerder in de kosten van deze procedure te veroordelen, afwijzen.
Slotsom
16.
Gelet op het vorenoverwogene zal het hof beslissen als na te melden.

De beslissing

Het gerechtshof:
bekrachtigt de beschikking waarvan beroep;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mrs. R. Feunekes, M.P. den Hollander en
D.J. Buijs, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van dit hof van 24 september 2013 in bijzijn van de griffier.