ECLI:NL:GHARL:2013:6755

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
13 september 2013
Publicatiedatum
13 september 2013
Zaaknummer
21-003574-13
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing onderzoekswensen in hoger beroep na regiezitting

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, is op 13 september 2013 een tussenarrest gewezen naar aanleiding van een regiezitting. Het hof heeft de door de verdediging verzochte onderzoekswensen afgewezen, toetsend aan het noodzaakcriterium. De zaak betreft een hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Nederland van 28 februari 2013, waarin de verdachte is veroordeeld in een strafzaak. De verdediging had op 27 maart 2013 schriftelijk onderzoekswensen ingediend, waaronder het uitvoeren van een reconstructie van de gebeurtenissen op 9 februari 2010, het benoemen van een deskundige en het horen van getuigen.

De advocaat-generaal heeft zich verzet tegen deze verzoeken. Ten aanzien van de reconstructie stelde de advocaat-generaal dat er al voldoende bewijs in de vorm van foto's en 3D-beelden aanwezig was, en dat het niet waarschijnlijk was dat betrokkenen zich de details van de gebeurtenissen nog goed konden herinneren. Voor de benoeming van een deskundige werd gesteld dat de vraagstelling geen bijzondere tak van wetenschap betrof, en voor het horen van getuigen werd aangevoerd dat deze al in eerste aanleg waren gehoord zonder dat de verdediging aanvullende onderbouwing had gegeven voor hun herhaalde verklaring.

Het hof heeft de verzoeken van de verdediging beoordeeld en geconcludeerd dat de noodzakelijkheid voor de uitvoering van de reconstructie en de benoeming van een deskundige niet was aangetoond. Ook het verzoek om getuigen opnieuw te horen werd afgewezen, omdat deze al eerder waren gehoord en er geen nieuwe relevante informatie was aangedragen. Het hof heeft het onderzoek voor onbepaalde tijd geschorst en de verzoeken van de verdediging afgewezen, met de bepaling dat het onderzoek zal worden hervat op een nog nader te bepalen tijdstip.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-003574-13
Uitspraak d.d.: 13 september 2013
TEGENSPRAAK

Tussenarrest van de meervoudige kamer voor strafzaken

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Oost-Nederland van 28 februari 2013 in de strafzaak met parketnummer 07-663112-10 tegen

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
woonplaats kiezende te [woonplaats], [adres].

Het hoger beroep

De verdachte en de officier van justitie hebben tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 30 augustus 2013, welk onderzoek is aangewend ten behoeve van het houden van een regiezitting in verband met het inventariseren en bespreken van onderzoekswensen.

Onderzoekswensen van de verdediging

Bij schriftuur van 27 maart 2013, ontvangen op 10 juni 2013, heeft de verdediging de navolgende onderzoekswensen kenbaar gemaakt:
1.
het (doen) uitvoeren van een reconstructie van de door verdachte, aangevers en getuige [getuige] gegeven versies van het voorgevallene op 9 februari 2010;
2.
benoeming van een deskundige die, mede op basis van de resultaten van de reconstructie, een oordeel kan geven over de tijd die verdachte had om te reageren en hoe realistisch het is om van verdachte te verwachten dat hij alternatieve handelingen dan de gekozen handeling de revue had moeten laten passeren, alvorens tot een beslissing te komen en te handelen;
3.
het (doen) horen van de navolgende getuigen:
- aangever [aangever 1]
- aangever [aangever 2]
- verbalisant [getuige]

Standpunt van de advocaat-generaal op de onderzoekswensen van de raadsman

De advocaat-generaal heeft zich verzet tegen inwilliging van de verzoeken van de verdediging.
Onderzoekswens 1 (reconstructie)
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de noodzakelijkheid tot het uitvoeren van een reconstructie ontbreekt, nu er reeds duidelijke foto's in het dossier aanwezig zijn en er 3d-beelden zijn van de plek waar de feiten zich hebben afgespeeld. Daarnaast lijkt het niet waarschijnlijk dat betrokkenen bij een reconstructie nog gedetailleerd weten weer te geven wat, wanneer en hoe het één en ander destijds precies is verlopen.
Onderzoekswens 2 (deskundige benoemen)
Ook voor dit verzoek ontbreekt de noodzakelijkheid, aldus de advocaat-generaal. De aan de deskundige voor te leggen vraagstelling heeft geen betrekking op een bijzondere tak van wetenschap waarover de rechter zich moet laten voorlichten.
Onderzoekswens 3 (horen getuigen)
Nu de door de raadsman genoemde getuigen ook op het onderzoek ter zitting in eerste aanleg zijn gehoord en door de verdediging niet nader is onderbouwd waarover de getuigen thans aanvullend zouden moeten verklaren, bestaat er geen noodzaak deze getuigen opnieuw te horen.

Beoordeling van de verzoeken

Het hof stelt vast dat door de verdediging op 13 maart 2013 hoger beroep is ingesteld en dat de appelschriftuur per fax is verzonden en ontvangen op 10 juni 2013, zodat in beginsel het noodzaakcriterium als toetsingskader heeft te gelden.
Onderzoekswens 1 (reconstructie)
Voor het laten uitvoeren van een reconstructie is het noodzakelijk dat een aantal vaststaande feiten als uitgangspunt kan worden genomen, zodat een objectief inzicht verkregen kan worden in het gebeurde. Weliswaar stemmen de door de verdachte gestelde feiten in grote lijnen overeen met de feiten zoals die door de andere bij de zaak betrokken personen zijn gesteld, maar over de factoren tijd, afstand en plaats bestaat geen eenduidigheid. In onderhavige zaak zijn deze factoren van cruciaal belang voor het laten uitvoeren van een geslaagde reconstructie. Naar het oordeel van het hof dient het reconstrueren van verschillende scenario's, zoals door de raadsman verzocht, geen redelijk doel.
Nu de voor een reconstructie benodigde factoren van tijd, afstand en plaats niet duidelijk zijn, wijst het hof dit verzoek af omdat de noodzaak daartoe niet is gebleken.
Onderzoekswens 2 (deskundige benoemen)
Ook voor het benoemen van een deskundige die nader zou moeten verklaren over het tijdsbestek waarbinnen verdachte diende te handelen, is het van belang dat een dergelijk tijdsbestek vastgesteld kan worden. Nu er geen eenduidigheid is over de factoren tijd, afstand en plaats, is het hof van oordeel dat dit verzoek afgewezen dient te worden, omdat de noodzaak daartoe niet is gebleken.
Onderzoekswens 3 (horen getuigen)
Het hof wijst het verzoek om deze getuigen te horen af, nu deze getuigen reeds in eerste aanleg zijn gehoord en door de verdediging niet nader is onderbouwd waarover de getuigen thans aanvullend zouden moeten verklaren.

De tussenuitspraak

Het hof:
Schorst het onderzoek voor onbepaalde tijd.
Wijst de verzoeken van de verdediging af.
Bepaalt dat het onderzoek zal worden hervat tegen een nog nader te bepalen terechtzitting.
Beveelt de oproeping van de verdachte tegen het nog nader te bepalen tijdstip, met tijdige kennisgeving daarvan aan de raadsman van verdachte en aan de benadeelde partijen.
Aldus gewezen door
mr. O. Anjewierden, voorzitter,
mr. E. de Witt en mr. J.A.A.M. van Veen, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. H.J. Samplonius, griffier,
en op 13 september 2013 ter openbare terechtzitting uitgesproken.