Uitspraak
[appellant],
PostNL,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.Ten aanzien van de feiten
3.De beslissing van de kantonrechter en de aanduiding van de grieven
21 uur, de bedongen arbeid geworden. Dit oordeel wordt aangevallen in de
grieven I en III. Dit betekent volgens de kantonrechter dat in de periode voor december 2011 [appellant] geen recht meer had op betaling van loon bij ziekte, omdat de maximale periode van 104 weken van artikel 7:629 BW reeds was verstreken. Dit oordeel wordt aangevallen in
grief II.
grief IV.
grief VIklaagt over het verwerpen van een bewijsaanbod.
4.De beoordeling van de grieven
104 weken het naar tijdruimte vastgestelde loon binnen de grenzen zoals bepaald in
art. 7:629 BW lid 1 te betalen, en anderzijds gedurende de periode waarin de arbeidsovereenkomst voortduurt, de re-integratie van zijn werknemer binnen het eigen bedrijf, dan wel in het bedrijf van een andere werkgever, te bevorderen (art. 7:658a BW). Dit stelsel brengt mee dat, indien de werknemer als gevolg van de re-integratie andere (passende) werkzaamheden is gaan verrichten, zonder dat de passende arbeid de bedongen arbeid is geworden, en hij na afloop van de periode van 104 weken opnieuw door ziekte uitvalt, de werkgever niet gehouden is (wederom) diens loon door te betalen. Ook
art. 6:248 BW lid 1 brengt dat niet mee, omdat dan de samenhang en het evenwicht tussen de bedoelde verplichtingen van de werkgever verstoord zouden worden.
5.De uitspraak
mr. J.H. Kuiper, die daartoe zitting zal houden in het paleis van justitie aan het Wilhelminaplein 1 te Leeuwarden op een nader door deze te bepalen dag en tijdstip, om inlichtingen te geven als onder 4.9 vermeld en opdat kan worden onderzocht of partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden;
de roldatum van dinsdag 1 oktober 2013, waarna dag en uur van de comparitie (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) door de raadsheer-commissaris zullen worden vastgesteld;
twee wekenvoor de verschijning zal plaatsvinden een kopie van het volledige procesdossier ter griffie van het hof doet bezorgen, bij gebreke waarvan de advocaat van PostNL alsnog de gelegenheid heeft uiterlijk
éénweek voor de vastgestelde datum een kopie van de processtukken over te leggen;