Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte],
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
of omstreeks12 juli 2008 te Haarlem
tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen,opzettelijk mishandelend een persoon
(te weten [slachtoffer]
)met kracht
tegen/naar de grond heeft gewerkt (al dan niet middels een beenveeg) en/of vervolgens (terwijl [slachtoffer] op zijn buik op de grond lag
) een of meermalentegen het hoofd
en/of tegen het lichaamheeft geduwd
en/of geslagen
en/of gestompt,waardoor voornoemde [slachtoffer] letsel heeft bekomen en
/ofpijn heeft ondervonden.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
- De verdachte is op 29 oktober 2008 voor het eerst als verdachte gehoord, naar aanleiding van de aangifte van [slachtoffer].
- Nadat de zaak was geseponeerd door het openbaar ministerie heeft de beklagkamer van het gerechtshof te Amsterdam op 22 februari 2010 beslist dat de verdachte alsnog vervolgd diende te worden.
- Het gerechtelijk vooronderzoek is geopend op 22 juli 2010. Een aantal getuigen is gehoord door de rechter-commissaris. De verdachte is op 7 juli 2011 gehoord en op die dag is het gerechtelijk vooronderzoek ook gesloten.
- De zaak is op 22 november 2011 behandeld door de meervoudige kamer in de rechtbank Haarlem en op 6 december 2011 is vonnis gewezen.
- Op 7 december 2011 is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld namens de verdachte.
- Op 3 mei 2012 is het dossier bij het hof binnen gekomen.
- Op 3 juli 2013 vond de inhoudelijke behandeling van de zaak bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden plaats.
- Het hof wijst op 17 juli 2013 arrest.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
- tandartskosten
- eigen risico 2008
- - € 246,50eigen risico 2010 (inclusief € 81,50 voor psychologische behandeling)
€ 3.396,85 totaal
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
60 (zestig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
30 (dertig) dagen hechtenis.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 2.607,35 (tweeduizend zeshonderdzeven euro en vijfendertig cent) bestaande uit € 1.907,35 (duizend negenhonderdzeven euro en vijfendertig cent) materiële schade en € 700,00 (zevenhonderd euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 2.607,35 (tweeduizend zeshonderdzeven euro en vijfendertig cent) bestaande uit € 1.907,35 (duizend negenhonderdzeven euro en vijfendertig cent) materiële schade en € 700,00 (zevenhonderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
36 (zesendertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.