2.3De vordering van [appellant] luidt:
"bij arrest, uitvoerbaar bij voorraad:
I. geheel te vernietigen het vonnis, op 19 oktober 2012 door de voorzieningenrechter
van de Rechtbank Groningen onder zaak-/rolnummer 135947 / KG ZA 12-256
gewezen tussen [appellant] als eiser en BLG Hypotheken als gedaagde, en opnieuw
rechtdoende alsnog moge behagen bij arrest, voor zoveel mogelijk wettelijk
uitvoerbaar bij voorraad, te beslissen als volgt:
II. BLG Hypotheken te veroordelen tot terugbetaling aan [appellant] van al hetgeen
[appellant] op grond van het te vernietigen vonnis onverschuldigd aan [appellant]
heeft voldaan, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf
de dag der onverschuldigde betaling (subsidiair: vanaf de dag der appeldagvaarding,
of het arrest, dan wel enige in goede justitie te bepalen ingangsdatum) tot de dag
der algehele voldoening;
III. de executie uit hoofde van het ten processe bedoelde recht van hypotheek op de
ten processe bedoelde aan [appellant] toebehorende onroerende zaak (perceel met
woonhuis en toebehoren aan [adres] te [woonplaats]), te schorsen totdat op
het geschil zal zijn beslist in dit (hoger beroep in) kort geding en/of een eventuele
daaropvolgende procedure ten principale, althans voor een door het Gerechtshof
te bepalen tijd, op straffe van een door BLG Hypotheken aan [appellant] te
verbeuren dwangsom van € 10.000,00 voor elke dag dat BLG Hypotheken hiermee
in strijd handelt, tot een maximum van € 500.000,00;
IV. BLG Hypotheken ertoe te veroordelen de executiemaatregelen uit hoofde van het
ten processe bedoelde recht van hypotheek op de ten processe bedoelde aan
[appellant] toebehorende onroerende zaak (perceel met woonhuis en toebehoren
aan [adres] te [woonplaats]), geheel (subsidiair gedeeltelijk) te staken en gestaakt
te houden (dan wel te schorsen en geschorst te houden), alsmede de gevolgen van
eventuele reeds aangevangen executiemaatregelen ongedaan te maken, althans BLG
Hypotheken te verbieden met dergelijke executiemaatregelen - of maatregelen die
geacht kunnen worden een voorbereiding op de executie te vormen- een aanvang te
nemen (uiterst subsidiair: de executie voor een in goede justitie te bepalen termijn uit
te stellen), alles op straffe (naast voornoemde dwangsom indien toepasselijk) van
verbeurte van een dwangsom aan [appellant] van € 10.000,00 voor elke dag dat
BLG Hypotheken in gebreke zal blijven aan deze veroordeling/dit verbod gevolg
te geven, tot een maximum van € 500.000,00;
V. BLG Hypotheken te verbieden om - al dan niet ter voorbereiding of in het kader
van enige executie - enige openbare aankondiging of mededeling te doen middels
aanplakken of publicatie in enig blad, middels elektronische bekendmaking, of op
welke wijze ook, waaruit bij derden de indruk zou kunnen ontstaan dat [appellant] -
al dan niet bij name genoemd, mitsdien ook indien slechts naar zijn adres wordt
verwezen - diens verplichtingen aan BLG Hypotheken niet nakomt of niet is
nagekomen althans BLG Hypotheken reden tot het inzetten van enig
executietraject heeft gegeven, althans waaruit derden de indruk kunnen krijgen dat
de ten processe bedoelde onroerende zaak op enig moment mogelijk openbaar
verkocht zal worden, op straffe (naast voornoemde dwangsommen indien
toepasselijk) van verbeurte van een dwangsom ad € 500.000,00 ineens;
VI. BLG Hypotheken ertoe te veroordelen, het aan [appellant] verleende krediet - als
ten processe bedoeld - tot zekerheid waarvan de ten processe bedoelde hypotheek
is gevestigd, te continueren conform de acceptatiebevestiging d.d. 28 februari
2008, en BLG Hypotheken te verbieden dit krediet voortijdig te beëindigen, op
straffe (naast voomoemde dwangsommen indien toepasselijk) van verbeurte van
een dwangsom aan [appellant] van € 10.000,00 voor elke dag dat BLG Hypotheken
hiermee in strijd handelt, tot een maximum van € 500.000,00;
VII. BLG Hypotheken ertoe te veroordelen om, indien zich voor [appellant] een
mogelijkheid voordoet om tot volledige oversluiting van de ten processe bedoelde
hypotheek over te gaan, hiertoe op eerste verzoek van [appellant] alle noodzakelijke
medewerking te verlenen (in dier voege dat de hypotheek kan worden geroyeerd
tegen gehele inlossing) en zich te onthouden van alle vormen van tegenwerking
terzake, bijzonderlijk ervan af te zien enige boete voor voortijdige aflossing op te
leggen en de hypotheek hiermee te bezwaren, op straffe (naast voornoemde
dwangsommen indien toepasselijk) van verbeurte van een dwangsom ad
€ 500.000,00 ineens;
VIII. alsmede/althans zodanige voorzieningen te treffen als het Gerechtshof in goede
justitie vermeent te behoren, en in voorkomend geval, voor zover de zaak zich
naar het oordeel van het Gerechtshof niet zou lenen voor behandeling in kort
geding, de zaak te verwijzen naar de sector civiel recht van het Gerechtshof (dan
wel de Rechtbank Groningen) met bepaling van de dag waarop zij op de rol moet
komen (rekening houdend met de eventueel benodigde oproepingstermijn indien
BLG Hypotheken niet bij advocaat in het kort geding mocht zijn verschenen);
IX. BLG Hypotheken te veroordelen in de kosten van het geding vallende op beide
instanties, te vermeerderen met de nakosten ad € 131,00 zonder betekening en
€ 199,00 in geval van betekening, alles te vermeerderen met de wettelijke rente
vanaf veertien dagen na betekening van het ten dezen te wijzen arrest tot de dag
der algehele voldoening."