10.3Oordeel hof
Bij het bepalen van de op te leggen straf heeft het hof rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van de verdachte.
Verdachte heeft tezamen met anderen meermalen opdracht en feitelijk leiding gegeven aan valsheid in geschrift en aan het witwassen van door oplichting van een woningbouw-coöperatie verkregen gelden van aanzienlijke omvang. Daarnaast acht de rechtbank verdachte schuldig aan deelname aan een criminele organisatie. Aangenomen mag worden dat verdachte bij het plegen van deze feiten heeft gehandeld puur uit eigen financieel gewin.
Verdachte heeft zich gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan het tezamen met medeverdachten feitelijk leidinggeven aan de rechtspersoon [medeverdacht bedrijf 1]. Door deze vennootschap werden valse facturen gestuurd voor werkzaamheden die niet zijn verricht en voor risico’s die niet werden gelopen. Achtergrond hiervan was om gelden met een criminele herkomst wit te wassen en door te sluizen naar verdachte en de medeverdachten.
Verdachte was geen oprichter/bestuurder van de criminele organisatie. Dat neemt niet weg dat werkzaamheden zoals die door verdachte zijn verricht van groot belang waren voor het goed functioneren van de organisatie. Mede door de door [medeverdacht bedrijf 1] op haar instigatie verzonden facturen was het mogelijk om gelden van criminele herkomst wit te wassen. Immers, door de valse facturen werd de herkomst van de gelden versluierd. Het witwassen van gelden heeft een ontwrichtende werking op het economisch verkeer.
Wat betreft de persoon van verdachte heeft het hof voorts gelet op de inhoud van een de verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder voor strafbare feiten is veroordeeld.
De rechtbank heeft een gevangenisstraf van 1 jaar en 6 maanden opgelegd.
De advocaat-generaal heeft een gevangenisstraf van 2 jaar gevorderd.
Het hof is van oordeel dat, gelet op bovenstaande feiten en omstandigheden en gezien hetgeen in soortgelijke zaken wordt opgelegd, alsmede de persoon van de verdachte, de door de rechtbank opgelegde straf geen recht doet aan de ernst van de feiten en acht de door de advocaat-generaal gevorderde gevangenisstraf passend en geboden.
Het hof realiseert zich dat verdachte door deze straf na geruime wederom in detentie zal geraken, maar acht dit gelet op de ernst van de feiten onontkoombaar.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) jaren.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Aldus gewezen door
mr P. van Kesteren, voorzitter,
mr C. Caminada en mr P.L.M van Gorkom, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr G.W. Jansink, griffier,
en op 11 december 2013 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
BIJLAGE 1: De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt, na de wijziging tenlastelegging in eerste aanleg, tenlastegelegd dat
[medeverdacht bedrijf 1] (tot 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) op een (of meer)
tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 27 februari 2007 tot en met 11
september 2007 te [plaats] en/of elders in Nederland, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen en/of alleen,(een) geschrift(en), te
weten:
- de factuur 07/001 d.d. 27-02-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] ter
grootte van € 35.700,- ex BTW (B.5.601), en/of
- de factuur 07/004 d.d. 09-03-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] ter
grootte van € 35.700,- ex BTW (B.5.602), en/of
- de factuur 07/006 d.d. 05-07-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3]
ter grootte van € 35.700,- ex BTW (B.5.603), en/of
- de factuur 07/007 d.d. 05-07-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] ter
grootte van € 35.700,-ex BTW (B.5.604), en/of
- de factuur 07/008 d.d. 05-07-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] ter
grootte van € 35.700,- ex BTW (B.5.605), en/of
- de factuur 07/0 10 d.d. 03-09-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] ter
grootte van € 35.700,- ex BTW (B.5.600),-, en/of
- de factuur 07/011 d.d. 1 1-09-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] ter
grootte van € 35.700,- ex BTW (B.5.599)
zijnde (telkens) (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs
van enig feit te dienen - valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of doen opmaken
en/of laten opmaken, immers heeft/hebben [medeverdacht bedrijf 1] (vanaf 31-05-2007 genaamd
[medeverdacht bedrijf 1]) en/of haar mededader(s) valselijk en/of in strijd met de
waarheid
in die facturen (telkens) opgenomen en/of doen en/of laten opnemen dat er
door [medeverdacht bedrijf 1] (vanaf 3 1-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]), werkzaamheden
(adviezen en projectmanagement) zijn verricht ten behoeve van [medeverdacht bedrijf 3]
h.o.d.n. [medeverdacht bedrijf 3])
terwijl in werkelijkheid de genoemde werkzaamheden niet zijn verricht,
zulks met het oogmerk om dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te
gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken
tot liet plegen van welk(e) bovengenoemd(e) stra(ba(a)r(e) feit(en) verdachte
en/of haar mededader(s) (telkens) opdracht heeft/hebben gegeven, dan wel aan
welk(e) bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte en/of haar
mededader(s) (telkens) feitelijke leiding heeft/hebben gegeven
(artikel 225 lid 1 jo. artikel 47 jo. artikel 51 Wetboek van Strafrecht)
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
[medeverdacht bedrijf 1] (tot 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) op een (of meer)
tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1juni 2007 tot en met II september
2007 te [plaats] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen en/of alleen, (van) (een) voorwerp(en), te weten een
geldbedrag van circa € 350.000,-, in elk geval enig geldbedrag,
de werkelijke aard en/of de herkomst heeft/hebben verborgen en/of verhuld
en/of heeft/hebben verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op het/de
voorwerp(en) en/of het geldbedrag was/waren en/of wie het voorhanden
had/hadden
door voor te wenden dat dit/die voorwerp(en) verkregen was/waren door (een
voorschot op)
- een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 27-02-2007 ter grootte
van € 35.700,- ex BTW (B.5.601), en/of
• een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 09-03-2007 ter grootte
van € 35.700,- ex BTW (B.5.602), en/of
- een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 05-07-2007 ter grootte
van € 35.700,- ex BTW (B.5.603), en/of
- een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 05-07-2007 ter grootte
van € 35.700,- ex BTW (B.5.604), en/of
- een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 05-07-2007 ter grootte
van € 35.700,- ex BTW (B.5.605), en/of
- een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 03-09-2007 ter grootte
van € 35.700,- ex BTW (B.5.600), en/of
- een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 11-09-2007 ter grootte
van € 35.700,- ex BTW (B.5.599)
terwijl in werkelijkheid de op die factu(u)r(en) vermelde werkzaamheden niet
waren verricht of verricht zouden gaan worden en de op die facturen vermelde
afkoopsom niet verschuldigd was,
althans dit/deze voorwerp(en) heeft/hebben verworven en/of voorhanden
heeft/hebben gehad en/of heeft/hebben overgedragen en/of omgezet, althans van
bovengenoemd(e) voorwerp(en) gebruik heeft/hebben gemaakt,
terwijl [medeverdacht bedrijf 1] (vanaf 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) en/of haar
mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat
bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk- afkomstig
was/waren uit enig misdrijf
tot het plegen van welk(e) bovengenoemd(e) strafba(a)r(e) feit(en) verdachte
en/of haat mededader(s) (telkens) opdracht heeft/hebben gegeven, dan wel aan
welk(e) bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte en/of zijn
mededader(s) (telkens) feitelijk leiding heeft/hebben gegeven
(artikel 420b1s jo. artikel 47 jo. artikel 51 Wetboek van Strafrecht)
art 420 bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
[medeverdacht bedrijf 1] (tot 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) op een (of meer)
tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 17 oktober 2005 tot en met 17
januari 2006 te [plaats] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen en/of alleen, (een) geschrift(en), te weten:
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17 oktober 2005 ten bedrage van
€ 265.000,- ex BTW (B.5.912), en/of
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17 november 2005 ten bedrage van
LURO 265.000,- ex BTW (B.5.909), en/of
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17 december 2005 ten bedrage van
€ 265.000,- ex BTW (B.5.908), en/of
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17 januari 2006 ten bedrage van
€ 265.000,- ex BTW (B.5.917)
zijnde (telkens) (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs
van enig feit te dienen - valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of doen opmaken
en/of laten opmaken, immers heeft/hebben [medeverdacht bedrijf 1] (vanaf3l-05-2007 genaamd
[medeverdacht bedrijf 1]) en/of haar mededader(s) valselijk en/of in strijd met de
waarheid
in die facturen opgenomen en/of doen en/of laten opnemen dat er door [medeverdacht bedrijf 1]
(vanaf 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) werkzaamheden zijn verricht
(adviezen en projectbegeleiding) ten behoeve van [medeverdacht bedrijf 3] (h.o.d.n.
[medeverdacht bedrijf 3]) en/of dat er een afkoopsom diende te worden betaald
terwijl in werkelijkheid de genoemde werkzaamheden niet zijn verricht en/of
geen afkoopsom verschuldigd was,
zulks met het oogmerk om dal/die geschrift(en) als echt en onvervalst te
gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken
tot het plegen van welk(e) bovengenoemd(e) stratba(a)r(e) feit(en) verdachte
en/of haar mededader(s) (telkens) opdracht heeft/hebben gegeven, dan wel aan
welk(e) bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte en/of haar
mededader(s) (telkens) feitelijk leiding heeft/hebben gegeven
(artikel 225 lid 1 jo. artikel 47 jo. artikel 51 Wetboek van Strafrecht)
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
4.
[medeverdacht bedrijf 1] (tot 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) op een (of meer)
tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 oktober 2005 tot en met 31
januari 2006 te [plaats] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen en/of alleen, (van) (een) voorwerp(en), te weten een
geldbedrag van € 1.061.274,58, in elk geval enig geldbedrag,
de werkelijke aard en/of de herkomst heeft verborgen en/of verhuld en/of
heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op het)de voorwerp(en)
was/waren en/of wie het voorhanden had/hadden
door voor te wenden dat dit/deze voorwerp(en) verkregen was/waren op basis
van (een voorschot op)
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17 oktober 2005 ten bedrage van
€ 265.000 ex BTW (B.5.912), en/of
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17 november 2005 ten bedrage van
€ 265000 ex BTW (B.5.909), en/of
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17 december 2005 ten bedrage van
€ 265.000 ex BTW (B.5.908), en/of
-een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 17januari2006 ten bedrage van
€ 265.000 ex BTW (B.5.917)
terwijl in werkelijkheid de op die factu(u)r(en) vermelde werkzaamheden niet
waren verricht of verricht zouden gaan worden en de op die facturen vermelde
afkoopsom niet verschuldigd was,
althans dit/deze voorwerp(en) heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad
en/of heeft overgedragen en/of omgezet, althans van bovengenoemd(e)
voorwerp(en) gebruik heeft gemaakt,
terwijl [medeverdacht bedrijf 1] (vanaf 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) en/of haar
mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat
bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig
was/waren uit enig misdrijf
tot het plegen van welk(e) bovengenoemd(e) strafba(a)r(e) feit(en) verdachte
en/of haar mededader(s) (telkens) opdracht heeft/hebben gegeven, dan wel aan
welk(e) bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte en/of haar
mededader(s) (telkens) feitelijk leiding heeft/hebben gegeven
(artikel 420 bis jo. artikel 47 jo. artikel 51 Wetboek van Strafrecht)
art 420 bis lid 1ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
[medeverdacht bedrijf 1] (tot 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) op een (of meer)
tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van t maart 2007 tot en met 31juli
2007 te [plaats] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen en/of alleen, een geschrift, te weten
- de factuur 07-009 d.d. 23-07-2007 van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] ter
grootte van € 1.149.500,- ex BTW B.041)
zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -
valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of doen opmaken en/of laten opmaken,
immers heeft/hebben [medeverdacht bedrijf 1] en/of haar mededader(s) valselijk en/of
in strijd met de waarheid
in die factuur en/of in de begeleidende brief d.d. 23-07-2007 opgenomen en/of
doen en/of laten opnemen dat er door [medeverdacht bedrijf 1] werkzaamheden zijn
verricht (adviezen en projectmanagement) ten behoeve van [medeverdacht bedrijf 3]
(h.o.d.n. [medeverdacht bedrijf 3]) en er tussen [medeverdacht bedrijf 1] en [medeverdacht bedrijf 3]
(h.o.d.n. [medeverdacht bedrijf 3]) een afkoopsom voor ontwikkeling en risico is overeengekomen
terwijl in werkelijkheid de genoemde werkzaamheden niet zijn verricht en/of
geen afkoopsom voor ontwikkeling en risico is overeengekomen,
zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken
en/of door anderen te doen gebruiken
tot het plegen van welk(e) bovengenoemd(e) strafba(a)r(e) feit(en) verdachte
en/of haar mededader(s) (telkens) opdracht heeft/hebben gegeven, dan wel aan
welk(e) bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte en/of haar
mededader(s) (telkens) feitelijke leiding heeft/hebben gegeven;
(artikel 225 lid 1 jo. artikel 47 jo. artikel 51 Wetboek van Strafrecht)
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
[medeverdacht bedrijf 1] (tot 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) op een (of s)
tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1juli 2007 tot en met 31juli
2007 te [plaats] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen en/of alleen, (van)
(een) voorwerp(en), te weten een geldbedrag van € 1.149.500,- ex BTW, in
elk geval enig geldbedrag,
de werkelijke aard en/of de herkomst heeft/hebben verborgen en/of verhuld
en/of heeft/hebben verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op het/de
voorwerp(en) was/waren en/of wie het voorhanden had/hadden
door voor te wenden dat dit/deze voorwerp(en) verkregen was/waren op basis
van (een voorschot op)
- een factuur van [medeverdacht bedrijf 1] aan [medeverdacht bedrijf 3] d.d. 23juli 2007 ten bedrage
van € 1.149.500,- ex BTW (B5.041)
althans dit/deze voorwerp(en) heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad
en/of heeft overgedragen en/of omgezet, althans van bovengenoemd(e)
voorwerp(en) gebruik heeft gemaakt, terwijl [medeverdacht bedrijf 1] en/of haar
mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat
bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig
was/waren uit enig misdrijf
tot het plegen van welk(e) bovengenoemd(e) strafba(a)r(e) feit(en) verdachte
en/of haar mededader(s) (telkens) opdracht heeft/hebben gegeven, dan wel aan
welk(e) bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte en/of haar,
mededader(s) (telkens) feitelijk leiding heeft/hebben gegeven;
(artikel 420 bis jo. artikel 51 Wetboek van Strafrecht)
art 420 bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
7.
zij op een (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari
2005 tot en met 6 mei 2010 te [plaats] en/of [plaats] en/of elders in
Nederland, heeft deelgenomen aan een Organisatie, te weten een
samenwerkingsverband van natuurlijke personen en/of rechtspersonen, bestaande
uit haar, verdachte, en/of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3]
en/of [medeverdacht bedrijf 2] en/of [medeverdacht bedrijf 3] h.o.d.n. [medeverdacht bedrijf 3] en/of
[medeverdacht bedrijf 1] (tot 31-05-2007 genaamd [medeverdacht bedrijf 1]) en/of een (of meer)
ander(e) (rechts)perso(o)n(en),
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk onder
meer:
-oplichting (art. 326 WvSr)
-verduistering in dienstbetrekking (art. 322 WvSr)
-niet-ambtelijke omkoping (art. 32$ter WvSr)
-valsheid in geschrift (art. 225 WvSr)
-witwassen (art. 420b1s WvSr).
(artikel 140 Wetboek van Strafrecht)
art 140 lid t Wetboek van Strafrecht