Uitspraak
HET GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Locatie Leeuwarden
Beschikking in de zaak van
de moeder,
[geïntimeerde],
de vader,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 24 december 2013 uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende het gezag over twee minderjarige kinderen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De moeder, appellante, had verzocht om haar met het eenhoofdig gezag over de kinderen te belasten, terwijl de vader, geïntimeerde, zich hiertegen verzette. De zaak was eerder behandeld en er was een ouderschapsonderzoek gelast, uitgevoerd door een deskundige. Dit onderzoek toonde aan dat de communicatie tussen de ouders ernstig verstoord was, wat leidde tot een onaanvaardbaar risico voor de kinderen om klem te raken tussen de ouders.
De deskundige concludeerde dat de ouders niet in staat waren om op een constructieve manier samen te werken, wat essentieel is voor het uitoefenen van gezamenlijk gezag. De ouders bevonden zich in een vicieuze cirkel van wantrouwen en conflicten, wat de ontwikkeling van de kinderen negatief beïnvloedde. Het hof oordeelde dat het in het belang van de kinderen was dat de moeder het eenhoofdig gezag kreeg, om zo een snellere en minder conflictueuze besluitvorming te waarborgen.
Het hof vernietigde de eerdere beschikking die het verzoek van de moeder had afgewezen en kende haar het eenhoofdig gezag toe. Tevens werd bepaald dat de kosten van het deskundigenonderzoek ten laste van de Rijkskas komen. De beslissing werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof bekrachtigde de beschikking voor het overige. Deze uitspraak benadrukt het belang van een goede communicatie tussen ouders in het belang van de kinderen, vooral in situaties van conflict.