In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 maart 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 16 augustus 2022 was gewezen. De verdachte, geboren in 2003, was aangeklaagd voor het rijden zonder rijbewijs op 16 augustus 2020 te Amsterdam. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd, omdat dit slechts een aantekening bevatte en niet voldeed aan de vereisten van een vonnis. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op de Nieuwe Spiegelstraat reed zonder dat hij een rijbewijs had dat hem toestond deze bromfiets te besturen. De verdachte werd vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten. Het hof oordeelde dat er geen omstandigheden waren die de strafbaarheid van de verdachte uitsloten en dat het bewezenverklaarde strafbaar was. De kantonrechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een voorwaardelijke werkstraf, maar het hof besloot geen straf of maatregel op te leggen, rekening houdend met de ouderdom van het feit en de omstandigheden van de verdachte, waaronder het feit dat hij inmiddels in het bezit is van een rijbewijs. Het hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld en geconcludeerd dat de verdachte geen straf dient te ondergaan.