- [bestuurder 1] , via video-verbinding, bestuurder en 50% aandeelhouder van Norden Group en daarmee indirect 50% aandeelhouder van Norden Capital, bijgestaan door mrs. Boddaert en Zoetmulder voormeld;
- [bestuurder 2] , bestuurder en 50% aandeelhouder van Norden Group en daarmee indirect 50% aandeelhouder van Norden Capital, bijgestaan door mrs. Potter en Jonker voormeld.
Partijen zijn het – wat verweersters en [bestuurder 2] betreft in zoverre onder intrekking van hun verweer – erover eens dat er gegronde redenen bestaan om te twijfelen aan een juist beleid en een juiste gang van zaken bij Norden Group en Norden Capital. Deze redenen bestaan onder meer in een impasse in het bestuur en in de algemene vergadering van Norden Group en daarmee ook in het bestuur en de algemene vergadering van Norden Capital. Verder zijn partijen het er over eens dat gegronde redenen tot twijfel aan een juist beleid bestaan door de gebrekkige financiële administratie en ernstig verstoorde verhoudingen. Voorts hebben partijen er overeenstemming over bereikt dat (i) [bestuurder 2] en [bestuurder 1] als bestuurders zullen worden geschorst, (ii) de Ondernemingskamer een tijdelijke bestuurder zal aanwijzen, (iii) dat [bestuurder 2] en [bestuurder 1] ieder de helft van het voorschot voor de tijdelijke bestuurder zullen betalen, en wel als eerste een bedrag van € 25.000 door [bestuurder 2] en vervolgens een bedrag van € 25.000 door [bestuurder 1] , en (iv) dat de aanwijzing van de onderzoeker zal worden aangehouden.
De Ondernemingskamer is met partijen van oordeel dat er gegronde redenen zijn om te twijfelen aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van Norden Group en Norden Capital op bovenstaande gronden.
De Ondernemingskamer is van oordeel dat de toestand van Norden Group en Norden Capital, zoals die blijkt uit het voorgaande, het nodig maakt de navolgende onmiddellijke voorzieningen te treffen. Zij zal [bestuurder 2] en [bestuurder 1] schorsen als bestuurder van Norden Group en in hun plaats een nader aan te wijzen persoon tot bestuurder benoemen met beslissende stem en die bevoegd zal zijn Norden Group zelfstandig te vertegenwoordigen.
De te benoemen bestuurder mag het ook tot zijn/haar taak rekenen te bezien of een minnelijke regeling tussen partijen kan worden bereikt.
De Ondernemingskamer zal de kosten van het onderzoek en de te benoemen bestuurder voor rekening brengen van Norden Group en Norden Capital.
De Ondernemingskamer zal het bedrag dat het onderzoek maximaal mag kosten niet meteen vaststellen. Indien het komt tot aanwijzing van een onderzoeker, zal de Ondernemingskamer de onderzoeker vragen om binnen zes weken een plan van aanpak en een begroting van de kosten van het onderzoek te maken en deze aan de Ondernemingskamer toe te sturen. De Ondernemingskamer zal partijen in de gelegenheid stellen zich uit te laten over die begroting en vervolgens het onderzoeksbudget vaststellen.
De Ondernemingskamer zal de aanwijzing van een onderzoeker voorlopig aanhouden om te bezien of al door de te treffen onmiddellijke voorzieningen een oplossing van het geschil kan worden bereikt. Ieder van partijen of de door de Ondernemingskamer benoemde bestuurder kan op elk moment de Ondernemingskamer verzoeken de onderzoeker aan te wijzen.
De Ondernemingskamer ziet ten slotte aanleiding te bepalen dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.