ECLI:NL:GHAMS:2025:804

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
20 maart 2025
Publicatiedatum
26 maart 2025
Zaaknummer
23-001711-24
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor rijden met ingevorderd rijbewijs en afwijzing vorderingen tot tenuitvoerlegging

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 20 maart 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was aangeklaagd voor het rijden met een ingevorderd rijbewijs, terwijl hij wist dat de geldigheid van het rijbewijs was geschorst. De tenlastelegging betrof een incident op 2 februari 2023 te Heiloo, waar de verdachte een motorrijtuig bestuurde terwijl de schorsing van kracht was. Tijdens de zitting op 6 maart 2025 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de raadsman gehoord. De advocaat-generaal en de raadsman pleitten voor vrijspraak, wat het hof heeft overgenomen. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd, omdat er slechts aantekening was gedaan volgens artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering. De vorderingen tot tenuitvoerlegging van eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraffen zijn afgewezen, nu de verdachte is vrijgesproken van het tenlastegelegde feit. Het hof heeft in zijn beslissing benadrukt dat de verdachte niet schuldig is aan de beschuldiging en heeft de vorderingen van het openbaar ministerie verworpen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001711-24
datum uitspraak: 20 maart 2025
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 16 juli 2024 in de strafzaak onder de parketnummers 96-019058-24, 96-285065-20 (TUL) en 15-213351-22 (TUL) tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1987,
adres: [adres] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
6 maart 2025.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de raadsman naar voren heeft gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 2 februari 2023 te Heiloo, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest weten dat de geldigheid van een op zijn naam gesteld rijbewijs ingevolge artikel 131, tweede lid, onderdeel a van de Wegenverkeerswet 1994, voor een of meer categorieën van motorrijtuigen was geschorst, gedurende de tijd dat die schorsing van kracht was, op een weg, de Kennemerstraatweg, een motorrijtuig, (personenauto), van de categorie of categorieën, waarop de schorsing betrekking had, heeft bestuurd.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering.

Vrijspraak

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden vrijgesproken. De raadsman heeft eveneens betoogd dat de verdachte dient te worden vrijgesproken.
Het hof is, overeenkomstig het standpunt van de advocaat-generaal en de raadsman, van oordeel dat de verdachte dient te worden vrijgesproken.

Vorderingen tenuitvoerlegging

Het openbaar ministerie heeft gevorderd de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 30 maart 2021 met parketnummer 96-285065-20 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 1 week.
Het openbaar ministerie heeft daarnaast gevorderd de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 25 augustus 2022 met parketnummer 15-213351-22 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 2 weken.
Deze vorderingen zijn in hoger beroep opnieuw aan de orde.
Nu de verdachte wordt vrijgesproken van het tenlastegelegde, zullen de vorderingen tot tenuitvoerlegging worden afgewezen.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Wijst af de vordering van de officier van justitie van 24 april 2024, strekkende tot tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 30 maart 2021, parketnummer
96-285065-20, voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 1 week.
Wijst af de vordering van de officier van justitie van 24 april 2024, strekkende tot tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 25 augustus 2022, parketnummer 15-213351-22, voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 2 weken.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. W.S. Ludwig, mr. H.A. van Eijk en mr. R. van der Heijden, in tegenwoordigheid van
mr. A.C. Vermeijden, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 20 maart 2025.
=========================================================================
[…]
[…]