ECLI:NL:GHAMS:2025:39
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Bepaling van kinderalimentatie in hoger beroep met betrekking tot wisselende inkomsten en schulden van de onderhoudsplichtige ouder
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam, gaat het om de kinderalimentatie die de man moet betalen voor zijn twee kinderen. De rechtbank Noord-Holland had op 9 oktober 2023 bepaald dat de man € 830,- per maand moest betalen, met ingang van 1 januari 2022. De man was het hier niet mee eens en verzocht om een lagere alimentatie van € 29,- per maand. De vrouw was het eens met de eerdere beschikking van de rechtbank. Het hof heeft in zijn uitspraak van 7 januari 2025 geoordeeld dat de man vanaf 1 juli 2022 een lagere kinderalimentatie moet betalen dan eerder vastgesteld, en heeft de ingangsdatum van de alimentatie aangepast naar 1 juli 2022. Het hof heeft ook een DNA-onderzoek bevolen om vast te stellen of de man de biologische vader is van het kind, wat hij later heeft ingetrokken. De man heeft wisselende inkomsten en schulden, wat van invloed is op zijn draagkracht. Het hof heeft de draagkracht van de man vastgesteld op € 377,- per maand met ingang van 1 juli 2022, en heeft de alimentatieverplichtingen voor de toekomst vastgesteld op verschillende bedragen, afhankelijk van de draagkracht en de behoeften van de kinderen. De vrouw heeft ook wisselende inkomsten gehad, maar het hof heeft geoordeeld dat zij in de toekomst meer mogelijkheden heeft om te werken na het afronden van haar opleiding. De uiteindelijke beslissing van het hof is dat de man de kinderalimentatie moet betalen zoals vastgesteld, en dat de eerdere beschikking van de rechtbank wordt vernietigd voor zover deze aan het oordeel van het hof onderworpen is.