ECLI:NL:GHAMS:2025:3076
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- C. Beuze
- A.M. Koolen - Zwijnenburg
- M.T.C. de Vries
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens het ontbreken van grieven
Op 31 oktober 2025 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een verdachte die geboren is in 2001 en zonder bekende woon- of verblijfplaats is. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van 31 oktober 2024, maar heeft geen schriftelijke grieven ingediend, noch mondelinge bezwaren geuit tegen het vonnis. Tijdens de zitting op 31 oktober 2025 heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die verzocht om de niet-ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang is dat zou pleiten voor een verder onderzoek van de zaak. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarbij de rechters C. Beuze, A.M. Koolen - Zwijnenburg en M.T.C. de Vries aanwezig waren. Het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 31 oktober 2025.