Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
Thanksgiving diner, een kerstborrel en enkele lezingen. De NFAA heeft circa 1.200 leden, waarvan circa 40 leden per activiteit deelnemen. De NFAA heeft verder als doel Fulbright, waaronder het Fulbright Center (hierna: FC), te ondersteunen. Fulbright is de organisatie die de samenwerking binnen en de uitwisseling tussen (universitaire) onderwijsprogramma’s (studenten, wetenschappers), waaronder het Fulbright programma, van Amerika en Nederland financieel ondersteunt met fondsen van onder meer de Nederlandse en Amerikaanse overheid. De NFAA wordt bestuurd door vrijwilligers, de leden betalen geen contributie en het jaarlijkse budget van de NFAA van minder dan € 5.000,- wordt door het FC ter beschikking gesteld.
het intensiveren van de contacten op nationaal en internationaal niveau tussen (i) Fulbright scholars en alumni en (ii) anderen die deelnemen of hebben deelgenomen aan een ander door de Netherlands America Commission for Educational Exchange (bij afkorting ook aan te duiden als: ‘NACEE’) en/of het Fulbright Center uitgevoerd samenwerkings- en/of uitwisselingsprogramma met de Verenigde Staten van Amerika op onderwijsgebied, zodanig ander door de NACEE en/of het Fulbright Center uitgevoerd programma met de Verenigde Staten van Amerika hierna ook aan te duiden als: een ‘Onderwijsprogramma’;
het vergroten van de bekendheid van een Fulbright Scholarship en van de andere Onderwijsprogramma’s; en
het ondersteunen van de NACEE en van het Fulbright Center,
The full complaint in PDF
3 x PDF copies of emails as supporting evidence
[naam 2] is widely mentioned in the national media in the Netherlands. He has been studied by an investigative journalism organization called Follow the Money. They estimate that about E11mio public money vanished via his organization. [naam 2] is described in the media as a “cowboy” who made off with millions at the expense of the patients. (…)
[naam 7] has displayed some highly embarrassing behavior in another charitable organization. In that organization Mr. [naam 7] appeared to be behaving unethically in order to advance his social status. (…)
4.Eerste aanleg
5.Beoordeling
redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren”. In artikel 5 lid 2 van de statuten van de NFAA is opgenomen dat opzegging door het bestuur slechts mogelijk is indien aan deze norm wordt voldaan. Het hof zal toetsen of hieraan in het geval van [appellant] is voldaan.
- In de onder 3.9 aangehaalde e-mail van 20 juni 2019 heeft het bestuur [appellant] verzocht het onderzoek naar de vermeende ‘integriteits-issues’ en het verspreiden van ongefundeerde beschuldigingen te staken en gewezen op de schadelijkheid daarvan voor de bestuurders en de NFAA. Daarbij heeft het bestuur [appellant] erop gewezen dat het - mocht de kascommissie onverhoopt toch doorgaan op deze weg - zich alle rechten voorbehield en als bestuur genoodzaakt zou zijn maatregelen te nemen om een goed en ongestoord functioneren van de organisatie van de NFAA te borgen.
- Verder heeft het bestuur op diverse momenten om onderbouwing van de vermeende ‘integriteits-issues’ gevraagd en openingen geboden om tot overleg te komen. Ondanks het feit dat [appellant] in de hiervoor onder 3.10 genoemde e-mail heeft aangekondigd een gedetailleerd dossier samen te stellen, heeft hij dit niet gedeeld en ook geen nadere uitleg of onderbouwing gegeven van de vermeende ‘integriteits-issues’ die hij aan de kaak wilde stellen.
- Partijen verschillen van mening over wat over een mogelijke opzegging van het lidmaatschap is besproken tijdens de algemene ledenvergadering van 7 februari 2020. De NFAA stelt dat het lid [naam 10] het bestuur in overweging heeft gegeven om het lidmaatschap van de drie personen ( [appellant] , [naam 4] en [naam 1] ) die nu al zo lang de vereniging en met name haar bestuursleden terroriseerden, op te zeggen, en dat het bestuur toen heeft aangegeven dit te zullen overwegen, zeker als dit gedrag niet onmiddellijk na deze vergadering door de betreffende personen gestaakt zou worden. [appellant] betwist dat Van Rijn namen heeft genoemd. Ook als dat laatste juist is, moet het [appellant] voldoende duidelijk zijn geweest dat (ook) hij daarmee bedoeld werd en dat zijn gedrag inmiddels bij een aantal leden grote weerstand opriep.
- Het hof acht het niet in strijd met de redelijkheid van billijkheid van artikel 2:8 BW dat het bestuur van de NFAA vervolgens direct het lidmaatschap van [appellant] beëindigde, toen hij in aanloop naar de algemene ledenvergadering van 26 november 2020 wederom richting het bestuur en andere leden bezwaren maakte over de gang van zaken bij de voorgaande vergaderingen en weer de vergadering dreigde te gaan domineren, en bovendien de klachtbrief van [appellant] aan de United States Department of State bij het bestuur van de NFAA bekend werd met daarin de ongefundeerde ernstige verdachtmakingen aan het adres van bestuursleden van het FC en de NFAA van onder meer discriminatie op grond van ras, onethisch gedrag en financiële fraude. Van het bestuur kon naar het oordeel van het hof niet worden gevergd om [appellant] op dat moment nog in de gelegenheid te stellen om te worden gehoord.
- [appellant] heeft ook nadien niets aangevoerd wat - als hij wel was gehoord - het bestuur van de NFAA van de opzegging had moeten weerhouden.