Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.4PM HOLDING B.V.,
KINGSLAND FESTIVAL B.V.,
HET AMSTERDAMS VERBOND B.V.,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
grief 1maakt 4PM c.s. een aantal bezwaren tegen deze feitenvaststelling. Volgens 4PM c.s. heeft de rechtbank ten onrechte niet opgenomen dat No Risk de enige volledig in evenementen gespecialiseerde verzekeringsmakelaar van Nederland is en zich presenteert als dé partner voor evenementenorganisaties. Vooropgesteld wordt dat de rechter niet gehouden is meer of andere feiten vast te stellen dan zij aan haar beslissing ten grondslag heeft gelegd. No Risk betwist niet dat zij de enige assurantietussenpersoon in Nederland is die zich volledig heeft toegelegd op evenementenverzekeringen. Indien dit voor de beoordeling van het geschil van belang is, komt het hof daarop hierna bij de beoordeling terug. Hetzelfde geldt ten aanzien van de klacht dat ten onrechte niet in de feitenvaststelling is opgenomen dat de dekkingsuitsluiting zag op elke nieuwe offerte of polis waaraan niet al een offerte vooraf was gegaan.
Corona is helaas niet mee onder te brengen”.
4.De beoordeling
grieven 2 tot en met 4van 4PM c.s. zijn gericht tegen het oordeel van de
grief 2komt 4PM c.s. op tegen het oordeel van de rechtbank in rechtsoverwegingen 4.5 en 4.7 van het bestreden vonnis waarin kort samengevat is overwogen dat niet kan worden geoordeeld dat No Risk haar zorgplicht tegenover 4PM c.s. heeft geschonden door haar niet te adviseren een verzekering af te sluiten vanaf het moment dat zij met de voorbereidingen van een evenement begon.
grief 3komt 4PM c.s. op tegen het oordeel van de rechtbank in rechtsoverweging 4.8 van het bestreden vonnis waarin kort samengevat is overwogen dat No Risk 4PM c.s. niet hoefde te adviseren een doorlopende evenementenverzekering af te sluiten.
grief 4richt 4PM c.s. zich tegen overwegingen 4.9 en 4.10 van het bestreden vonnis. 4PM c.s. stelt dat No Risk heeft nagelaten 4PM c.s. tijdig te verzekeren tegen de mogelijke gevolgen van de coronapandemie. 4PM c.s. verwijt No Risk dat zij na de mededeling van Chubb op 28 januari 2020 die inhield dat Chubb geen pandemiedekking meer zou verlenen, niet heeft gewezen op de mogelijke pandemie en risicoverzwaring en niet heeft geadviseerd zo snel mogelijk een verzekering af te sluiten. Volgens 4PM c.s. zijn er nadien verschillende momenten geweest – contacten tussen No Risk en 4PM c.s. op 3 en 10 februari 2020, het bericht van Chubb van 14 februari 2020 en het bericht van Amlin van 26 februari 2020 – waarop No Risk informatie met 4PM c.s. had moeten delen en haar moeten waarschuwen zo snel mogelijk de gegevens voor de af te sluiten evenementenverzekeringen te verstrekken. 4PM c.s. had dan de gevraagde gegevens meteen aangeleverd en No Risk had dan nog de tijd gehad om voor 4PM c.s. een verzekering af te sluiten of een offerte te krijgen, waarbij corona-uitsluiting niet van toepassing zou zijn geweest.
grief 5geen nadere bespreking meer.
grief 6verzoekt 4PM c.s. om de proceskostenveroordeling die de rechtbank heeft uitgesproken ongedaan te maken omdat haar vorderingen ten onrechte zijn afgewezen. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen faalt deze grief.
€ 24.868(tarief VIII € 6.217, 4 punten)