ECLI:NL:GHAMS:2024:3508
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Wijziging onderhoudsbijdragen jongmeerderjarigen en verwijtbaar inkomensverlies
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 17 december 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van onderhoudsbijdragen voor jongmeerderjarige kinderen. De man, verzoeker in het principaal hoger beroep, heeft in 2019 een geregistreerd partnerschap met de vrouw beëindigd. Uit deze relatie zijn twee kinderen geboren, die inmiddels meerderjarig zijn. De man is in 2019 veroordeeld voor zedendelicten en heeft sindsdien een aanzienlijk lager inkomen. De vrouw en de jongmeerderjarigen hebben in hoger beroep verzocht om een verklaring voor recht met betrekking tot de alimentatieverplichtingen van de man. Het hof heeft vastgesteld dat er sprake is van een wijziging van omstandigheden, waardoor de onderhoudsbijdragen voor de kinderen zijn aangepast. De man heeft zijn draagkracht betwist, maar het hof heeft geoordeeld dat hij, ondanks zijn lagere inkomen, nog steeds onderhoudsbijdragen moet betalen. De uitspraak bevat ook bepalingen over de terugbetalingsverplichting van de man en de proceskosten. De man is verplicht om vanaf 1 september 2024 een lagere bijdrage te betalen voor de kinderen, met een verdere aanpassing per 1 maart 2025. De rechtbank heeft de verzoeken van de vrouw en de jongmeerderjarigen gedeeltelijk toegewezen, en de man is verplicht om de alimentatie te voldoen, met inachtneming van zijn draagkracht.