Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.LENTING GROEP B.V.,
LENTING VERHUUR B.V.,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
‘ventilatie/klimaat/koeling, epc[het hof begrijpt: energie prestatie coëfficiënt]
volgens bouwbesluit’.
ontwerptekst klimaatinstallatie nieuwbouw bedrijfsruimte met kantoren te [plaats]’.
Tekeningen en berekeningen klimaat technische installaties ( tot op heden niet ontvangen ! ).
Ontwerp VRF’.
‘Doorberekening klimaatinstallatie conform opgave’. Deze factuur heeft betrekking op de klimaatinstallatie zoals geleverd en geïnstalleerd door M&O Techniek. [geïntimeerde] heeft deze factuur niet betaald.
het geheel heb afgerond.
‘Overeenkomst van cessie c.q. lastgeving’van 24 februari 2022 hebben Lenting Groep en Lenting Verhuur bepaald dat de vordering op [geïntimeerde] die in deze procedure aan de orde is, door Lenting Groep wordt gecedeerd aan Lenting Verhuur. Verder is bepaald dat Lenting Verhuur zo nodig optreedt als lasthebber tot incasso namens Lenting Groep.
4.Eerste aanleg
5.Beoordeling
‘de te leveren en monteren van de klimaatinstallatie zoals afgesproken’, terwijl daarbij een e-mail van [X] is gevoegd die betrekking heeft op een VRF-systeem, maar dat [geïntimeerde] akkoord was met het dragen van de kosten, blijkt hier niet uit. [geïntimeerde] heeft dat ook gemotiveerd betwist. Ook uit de overige stukken waarnaar Lenting ter onderbouwing van haar onderhavige stelling heeft verwezen, blijkt niet dat [geïntimeerde] akkoord is gegaan met plaatsing van een VRF-systeem op zijn kosten. Wanneer een dergelijke afspraak al eerder gemaakt zou zijn, zoals Lenting heeft aangevoerd, ligt het voor de hand dat Lenting naar die afspraak zou hebben verwezen in de latere e-mails over dit onderwerp, namelijk die van november 2018 en december 2018. Dat is echter niet het geval. De omstandigheden dat [geïntimeerde] niet afwijzend op aan hem toegezonden e-mails heeft gereageerd, en later, in 2020, bij zijn administratiekantoor navraag heeft gedaan naar het eventuele belastingvoordeel van een VRF-installatie, leggen onvoldoende gewicht in de schaal om te kunnen oordelen dat de door Lenting gestelde afspraak is komen vast te staan. Hetzelfde geldt voor het feit dat [geïntimeerde] op de betalingsherinnering van de factuur heeft gereageerd met de mededeling dat de factuur zou worden geregeld. Ook uit de kruisjeslijst volgt niet dat [geïntimeerde] als verhuurder een VRF-systeem zou aanleggen met de daarbij horende prijs. De conclusie luidt dat Lenting op grond van de stukken niet althans onvoldoende heeft aangetoond dat partijen waren overeengekomen dat een VRF-systeem zou worden aangelegd op kosten van [geïntimeerde] . Het in de memorie van grieven door Lenting gedane aanbod om deze gestelde afspraak te bewijzen, is onvoldoende specifiek, zodat het hof dat van de hand wijst.