In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 7 november 2024 een beschikking gegeven inzake een verzoek van [A Holding] B.V. en [B Holding] B.V. over het beleid en de gang van zaken van Leeuwarden Recycling B.V. [A Holding] c.s. hebben bij verzoekschrift van 23 januari 2023 de Ondernemingskamer verzocht om een onderzoek in te stellen naar het beleid van Leeuwarden Recycling, na geconstateerd wanbeleid. Tevens werd verzocht om onmiddellijke voorzieningen, waaronder het ontslag van de bestuurder en het benoemen van een nieuwe bestuurder. [B Holding] c.s. hebben verweer gevoerd en het verzoek van [A Holding] c.s. niet-ontvankelijk verklaard.
De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat de samenwerking tussen de partijen is mislukt en dat er geen vooruitzicht meer is op een zinvolle voortzetting van de onderneming. De Ondernemingskamer heeft gegronde redenen gevonden voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van Leeuwarden Recycling, wat een onderzoek rechtvaardigt. De Ondernemingskamer heeft besloten een onderzoek te gelasten naar het beleid en de gang van zaken van Leeuwarden Recycling over de periode vanaf 5 december 2019. De kosten van het onderzoek komen ten laste van Leeuwarden Recycling.
De Ondernemingskamer heeft geen onmiddellijke voorzieningen getroffen, maar heeft wel bepaald dat de kosten van het onderzoek voor rekening van Leeuwarden Recycling komen. De partijen zijn in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de begroting van de kosten van het onderzoek, dat binnen zes weken na de beschikking moet worden ingediend. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.