ECLI:NL:GHAMS:2024:3351
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis met vernietiging van strafoplegging in hoger beroep tegen verdachte voor het achterlaten van afval op de openbare weg
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 13 december 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1976, was eerder veroordeeld tot een dag hechtenis voor het achterlaten van afval op de openbare weg. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte opnieuw zou worden veroordeeld tot hechtenis voor de duur van één dag. Het hof heeft echter vastgesteld dat de redelijke termijn voor de behandeling van de strafzaak is overschreden, aangezien het hoger beroep op 5 december 2019 was ingesteld en het hof pas op 13 december 2022 arrest wees. Gezien het tijdsverloop, de bestraffing in andere strafzaken tegen de verdachte en de geringe ernst van het feit, heeft het hof besloten geen straf of maatregel op te leggen. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, behalve ten aanzien van de strafoplegging, die is vernietigd. Het hof heeft de procedure als geheel in overeenstemming met artikel 6 EVRM bevonden, wat het recht op een eerlijk proces waarborgt. De verdediging had voldoende gelegenheid om de verklaringen van de opsporingsambtenaar te betwisten, en het hof oordeelde dat het horen van deze getuige niet noodzakelijk was voor de zaak.