ECLI:NL:GHAMS:2024:3150
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake veroordeling voor luxeverzuim onder de Leerplichtwet 1969
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 17 oktober 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1990, had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere veroordeling voor luxeverzuim onder de Leerplichtwet 1969. De tenlastelegging betrof het niet voldoen aan de verplichting om ervoor te zorgen dat haar dochter, geboren in 2017, de school geregeld bezocht in de periode van 1 september 2022 tot en met 16 september 2022. De verdachte had verklaard dat zij naar Marokko was gereisd om afscheid te nemen van haar ernstig zieke oma en dat zij haar dochter had meegenomen. Door onfortuinlijke omstandigheden waren zij niet op tijd terug in Nederland.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte het tenlastegelegde feit wettig en overtuigend bewezen heeft geacht, maar heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De kantonrechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een geldboete van € 900,00, subsidiair 18 dagen hechtenis. De advocaat-generaal had in hoger beroep een voorwaardelijke geldboete van € 450,00 geëist. Het hof heeft echter besloten om, gelet op de omstandigheden, geen straf of maatregel op te leggen. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van hetgeen meer of anders was tenlastegelegd. De beslissing is genomen met inachtneming van de belangen van het kind en de rol van de verdachte als betrokken ouder.