ECLI:NL:GHAMS:2024:2558
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van dwangsom opgelegd aan moeder in informatieverplichting omtrent kinderen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 10 september 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen een moeder en een vader met betrekking tot de informatieverplichting over hun twee minderjarige kinderen. De moeder was in hoger beroep gekomen van een vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam, waarin aan haar een dwangsom was opgelegd van € 100,- voor elke keer dat zij niet voldeed aan de informatieverplichting. De moeder stelde dat zij altijd informatie had verstrekt en dat de dwangsom niet nodig was. De vader daarentegen betoogde dat de moeder niet voldoende informatie had verstrekt en dat de dwangsom gerechtvaardigd was.
Het hof heeft vastgesteld dat de moeder sinds het bestreden vonnis de informatieverplichting stipt nakomt en dat er geen reden is om aan te nemen dat zij dit niet zal blijven doen. Het hof oordeelde dat de dwangsom niet past bij de noodzaak om het vertrouwen tussen de ouders te herstellen. Daarom heeft het hof het bestreden vonnis vernietigd voor zover het de dwangsom betreft en de vorderingen van de moeder in het principaal hoger beroep toegewezen. Het hof heeft tevens de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.
De uitspraak benadrukt het belang van vertrouwen en samenwerking tussen ouders, vooral in situaties waarin kinderen betrokken zijn, en dat dwangsommen in dergelijke gevallen niet altijd de juiste oplossing zijn.