Uitspraak
1.GREENLAKE B.V.,
MATCORP B.V.,
MATCORP HOLDING B.V.,
[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerde 2] ,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 27 augustus 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over een klacht tegen een gerechtsdeurwaarder. De klacht was ingediend door klagers, die de gerechtsdeurwaarder beschuldigden van intimiderend taalgebruik en het niet marginaal toetsen van een vordering. De gerechtsdeurwaarder had op verzoek van zijn opdrachtgever, S&B Mondial B.V., brieven aan de klagers betekend, waarin zij werden gesommeerd om binnen drie dagen een aanzienlijk bedrag over te maken. Klagers voerden aan dat het taalgebruik in de brieven intimiderend was en dat de gerechtsdeurwaarder had verzuimd om de vordering te toetsen en een veertiendagenbrief te sturen. De kamer voor gerechtsdeurwaarders had de klacht ten dele gegrond verklaard, maar het hof oordeelde dat de klacht in zijn geheel ongegrond was. Het hof stelde vast dat de gerechtsdeurwaarder wel degelijk een marginale toets had uitgevoerd en dat het gebruik van taal in de brieven voldeed aan de fatsoensnormen. Ook werd geoordeeld dat het niet sturen van een veertiendagenbrief niet aan de gerechtsdeurwaarder kon worden verweten, aangezien hij enkel belast was met de betekening van de brieven. De beslissing van de kamer werd vernietigd en de klacht werd in al zijn onderdelen ongegrond verklaard.