Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij, op of omstreeks 6 september 2021 te Purmerend, in elk geval in Nederland, openlijk, te weten op de [adres 2], in elk geval op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon, te weten [benadeelde], door meerdere malen, althans eenmaal haar:
Vonnis waarvan beroep
Feitenvaststelling en bewijsoverweging
het hof begrijpt: in] de keel van de aangeefster heeft “geknepen”, waarbij hij desgevraagd mededeelde dat hij het er niet op vond lijken dat de verdachte hiermee de aangeefster op afstand wilde houden, zoals de verdediging heeft betoogd. Verdere steun vindt het hof in de beschrijving van de beelden waarin valt te lezen dat de verdachte de keel van de aangeefster op meerdere momenten vasthad. Op enig moment had de verdachte de keel van de aangeefster met zijn rechterarm vast, het hoofd van de aangeefster “boog daarbij schuin naar achteren”. Op een ander moment beschrijft de verbalisant dat de verdachte de keel van de aangeefster “kennelijk (…) stevig vast” had hetgeen de verbalisant afleidt uit de omstandigheid dat de verdachte zijn arm bewoog en hij “het hele lichaam van [benadeelde] (het hof begrijpt: de aangeefster) daarbij (zag) mee bewegen”. Het hof acht dan ook bewezen dat – kort gezegd – sprake is van openlijke geweldpleging waarbij de aangeefster (meermalen) tegen haar hoofd is geslagen en (meermalen) bij haar keel is gepakt en haar keel is dichtgeknepen.
Bewezenverklaring
hij op 6 september 2021 te Purmerend, openlijk, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [benadeelde], door meerdere malen, althans eenmaal haar:
terwijl dit door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel voor voornoemde [benadeelde] ten gevolge heeft gehad.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
40 (veertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis.
€ 250,00 (tweehonderdvijftig euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.