ECLI:NL:GHAMS:2024:2191

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
22 juli 2024
Publicatiedatum
6 augustus 2024
Zaaknummer
200.337.664/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging van de enquêteprocedure en ontheffing van bestuurders in een vennootschap

In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 22 juli 2024 een beschikking gegeven in het kader van een enquêteprocedure betreffende de vennootschap Image Building Holding B.V. De procedure was gestart naar aanleiding van een verzoek van Miller B.V. en Loods B.V. om een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Image Building Holding en haar dochteronderneming Image Building B.V. over de periode vanaf 2011. De Ondernemingskamer had eerder mr. E.M. Soerjatin benoemd als onderzoeker en had onmiddellijke voorzieningen getroffen, waaronder de schorsing van de bestuurders van Image Building Holding.

Echter, in een e-mail van 11 juli 2024 heeft de OK-bestuurder verzocht om ontheffing uit zijn functie vanwege een ernstig liquiditeitstekort bij Image Building Holding. Dit tekort maakte het onmogelijk om de kosten van de OK-bestuurder te betalen. De Ondernemingskamer heeft vervolgens partijen de gelegenheid gegeven om te reageren op dit verzoek. Op 16 juli 2024 heeft de secretaris van de Ondernemingskamer aangegeven dat, gezien de ontvangen reacties, de Ondernemingskamer voornemens was om de OK-bestuurder te ontheffen en de enquêteprocedure te beëindigen.

De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat Image Building Holding niet in staat is om de kosten van een vervangende OK-bestuurder te betalen en dat er geen andere betrokkenen zijn die deze kosten willen of kunnen dekken. Hierdoor kon het bevolen onderzoek niet worden gefinancierd en was er geen belang meer bij de voortzetting van de procedure. De Ondernemingskamer heeft daarom besloten de procedure te beëindigen en de getroffen onmiddellijke voorzieningen op te heffen. De beschikking is gegeven door de voorzitter en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 22 juli 2024.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.337.644/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 22 juli 2024
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MILLER B.V.,
gevestigd te Den Haag,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. M.J. Elkhuizen, kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
IMAGE BUILDING HOLDING B.V.,
gevestigd te Den Haag,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
IMAGE BUILDING B.V.,
gevestigd te Den Haag,
VERWEERSTERS,
niet bij advocaat verschenen,
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LOODS B.V.,
gevestigd te Den Haag,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. V. Kortenbach, kantoorhoudende te Den Haag,
e n t e g e n
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PECARI B.V.,
gevestigd te Poortugaal,
advocaat:
mr. S.J. Nauta, kantoorhoudende te Rotterdam,
e n t e g e n
3. de stichting
STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR PARANENOS,
gevestigd te Den Haag,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A] B.V.,
gevestigd te [....] ,
5. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MKB PROFIT B.V.,
gevestigd te Den Haag,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat: thans geen advocaat, voorheen mrs. J.H. Lemstra, G.C. Berkhout en I.H. Top.
Hierna zullen partijen en andere (rechts)personen (ook) als volgt worden aangeduid:
  • verzoekster als Miller;
  • verweersters afzonderlijk respectievelijk als de Image Building Holding en Image Building.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 30 mei 2024 en 4 juni 2024 in deze zaak.
1.2
Bij die beschikkingen heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Image Building Holding en Image Building over de periode vanaf 2011, mr. E.M. Soerjatin benoemd teneinde het onderzoek te verrichten en bepaald dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van Image Building Holding en Image Building en dat zij voor de betaling daarvan ten genoegen van de onderzoeker voor het begin van haar werkzaamheden zekerheid moeten stellen.
Daarnaast heeft de Ondernemingskamer bij die beschikkingen, bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van de procedure, Miller B.V. en Loods B.V. als bestuurders van Image Building Holding geschorst en mr. J.G. Molenaar (hierna: de OK-bestuurder) benoemd tot bestuurder van Image Building Holding en bepaald dat het salaris en de kosten van deze bestuurder voor rekening komen van Image Building Holding en dat Image Building Holding voor de betaling daarvan ten genoegen van de bestuurder zekerheid dient te stellen vóór de aanvang van zijn werkzaamheden.
1.3
Bij e-mail van 11 juli 2024 heeft de OK-bestuurder de Ondernemingskamer verzocht hem te ontheffen uit zijn functie omdat sprake is van een ernstig liquiditeitstekort bij Image Building Holding waardoor de vennootschap niet in staat is het salaris en de kosten van de OK-bestuurder te betalen en er geen concrete aanwijzingen zijn dat deze ontwikkeling kan worden gekeerd.
1.4
De secretaris van de Ondernemingskamer heeft de advocaten van partijen bij e-mail van 12 juli 2024 in de gelegenheid gesteld zich uiterlijk op 16 juli 2024 uit te laten over het verzoek van de OK-bestuurder en daarbij in te gaan op het verdere verloop van de procedure.
1.5
Bij e-mail van 16 juli 2024 heeft de secretaris van de Ondernemingskamer partijen bericht dat de Ondernemingskamer, gelet op de ontvangen reacties, voornemens is de OK-bestuurder te ontheffen uit zijn functie en de enquêteprocedure te beëindigen, waardoor alle getroffen onmiddellijke voorzieningen zullen eindigen. De Ondernemingskamer heeft toegelicht dat zij daarbij ervan uitgaat dat Image Building Holding niet de middelen heeft om een voorschot te betalen op de kosten van de werkzaamheden van een vervanger voor de OK-bestuurder of daarvoor zekerheid te stellen, en dat geen van de betrokkenen dat in plaats van Image Building Holding wil (of kan) doen. Partijen is verzocht de Ondernemingskamer te berichten, indien deze veronderstellingen niet juist zijn. De Ondernemingskamer heeft binnen de daartoe gestelde termijn geen reactie ontvangen.

2.De gronden van de beslissing

2.1
Uitgangspunt is dat een door de Ondernemingskamer benoemde tijdelijk bestuurder op diens verzoek wordt ontheven uit diens functie. Nu de OK-bestuurder de Ondernemingskamer daarom heeft verzocht, wordt zijn verzoek om hem te ontheffen uit zijn functie van bestuurder van Image Building Holding ingewilligd.
2.2
Voor wat betreft de voortzetting van de procedure overweegt de Ondernemingskamer als volgt.
2.3
Uit het verzoek van de OK-bestuurder en de reacties van partijen is gebleken dat Image Building Holding niet de middelen heeft om een voorschot te betalen op de kosten van de werkzaamheden van een vervanger voor de OK-bestuurder of daarvoor zekerheid te stellen en dat geen van de betrokkenen dat in plaats van Image Building Holding wil (of kan) doen. Vanwege het gebrek aan financiële middelen kan het bevolen onderzoek ook niet worden gefinancierd en zal het onderzoek niet worden uitgevoerd, zodat de doeleinden van het enquêterecht in deze procedure niet kunnen worden verwezenlijkt. Bij voortzetting van de procedure bestaat onder die omstandigheden geen belang meer. De Ondernemingskamer zal deze procedure met ingang van heden beëindigen. Beëindiging van de procedure brengt mee dat de getroffen onmiddellijke voorzieningen met ingang van heden eindigen.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
ontheft met ingang van heden mr. J.G. Molenaar uit de functie van bestuurder als bedoeld in de beschikkingen van 30 mei 2024 en 4 juni 2024 in deze zaak;
ontheft met ingang van heden mr. E.M. Soerjatin uit de functie van onderzoeker als bedoeld in de beschikkingen van 30 mei 2024 en 4 juni 2024 in deze zaak;
beëindigt met ingang van heden het bij haar beschikking van 30 mei 2024 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Image Building B.V. en Image Building Holding B.V.;
heft met ingang van heden de bij haar beschikking van 30 mei 2024 getroffen onmiddellijke voorzieningen op;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.P. Wessels, voorzitter, mr. M.A.M. Vaessen en mr. J.M. de Jongh, raadsheren, en drs. P.G. Boumeester en dr. M.J.R. Broekema RV, raden, in tegenwoordigheid van mr. D.I. Frans, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 22 juli 2024.