Op 11 juli 2024 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, van 25 april 2023. De zaak betreft een overtreding van de Algemene Plaatselijke Verordening Den Helder 2021, waarbij de verdachte op 24 april 2022 in Huisduinen, gemeente Den Helder, zijn hond niet aangelijnd had. De verdachte is geboren in 1953 en zijn identiteit is in het document niet verder gespecificeerd.
Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De eerder uitgevaardigde strafbeschikking van 5 mei 2022 is ook vernietigd. De verdachte is veroordeeld tot een geldboete van € 100,00, waarvan € 50,00 voorwaardelijk is, met een proeftijd van één jaar. Daarnaast is de verdachte ook veroordeeld tot twee dagen hechtenis, die bij gebreke van betaling en verhaal vervangen kunnen worden door een geldboete.
De beslissing van het hof is gebaseerd op de overtreding van artikel 2:57, eerste lid, aanhef en onder f van de Algemene Plaatselijke Verordening Den Helder 2021, en de relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht. Het hof heeft bepaald dat een gedeelte van de geldboete niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit.