ECLI:NL:GHAMS:2024:1827

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
2 juli 2024
Publicatiedatum
2 juli 2024
Zaaknummer
200.331.802/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Derdenbeslag en gevolgen faillietverklaring voor verklaringsprocedure

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam diende, ging het om een hoger beroep van Hotel Assendelft B.V. tegen MZ Bouw Projecten B.V. Hotel Assendelft was in hoger beroep gekomen van vonnissen van de rechtbank Amsterdam, die op 25 januari 2023 en 31 mei 2023 waren gewezen. De zaak betrof een derdenbeslag dat MZ Bouw had gelegd onder Hotel Assendelft in het kader van de tenuitvoerlegging van een vonnis waarin Bouwplan Beheer B.V. was veroordeeld tot betaling van een bedrag aan MZ Bouw. Na de faillietverklaring van Bouwplan op 29 augustus 2023, heeft het hof geoordeeld dat het derdenbeslag verviel, waardoor het geding tot tenuitvoerlegging van de veroordeling tegen Bouwplan eindigde. Hotel Assendelft had echter belang bij de beoordeling van het hoger beroep met betrekking tot de proceskostenveroordeling. Het hof oordeelde dat Hotel Assendelft niet ontvankelijk was in haar hoger beroep voor zover dit gericht was tegen de proceskostenveroordeling, omdat de ingediende stukken geen grieven bevatten die aan de eisen voldeden. Het hof heeft Hotel Assendelft veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep, die aan de zijde van MZ Bouw zijn begroot op € 8.332.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : C/13/713405 / HA ZA 22-115
zaaknummer rechtbank Amsterdam : 200.331.802/01
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 2 juli 2024
inzake
HOTEL ASSENDELFT B.V.,
gevestigd te Amstelveen,
appellante,
advocaat: mr. P. Geervliet te Amsterdam,
tegen
MZ BOUW PROJECTEN B.V.,
gevestigd te Uithoorn,
geïntimeerde,
advocaat: mr. M.D. de Wit te Uithoorn,
Partijen worden hierna Hotel Assendelft en MZ Bouw genoemd.

1.Het geding in hoger beroep

Hotel Assendelft is bij dagvaarding van 21 juni 2023 in hoger beroep gekomen van vonnissen van de rechtbank Amsterdam van 25 januari 2023 en 31 mei 2023, onder bovenvermeld zaaknummer gewezen tussen MZ Bouw als eiseres en Hotel Assendelft als gedaagde. De zaak is op 5 september 2023 aangebracht.
Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:
- memorie van grieven;
- memorie van antwoord.
Ten slotte is arrest gevraagd.
Hotel Assendelft heeft geconcludeerd, kort gezegd, dat het hof zal bepalen dat het onderhavige geding een einde heeft genomen, met – uitvoerbaar bij voorraad – beslissing over de proceskosten.
MZ Bouw heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van Hotel Assendelft in haar hoger beroep, met beslissing over de proceskosten.

2.Beoordeling

2.1.
Het gaat in deze zaak om het volgende:
(i) MZ Bouw heeft derdenbeslag gelegd onder Hotel Assendelft in het kader van de tenuitvoerlegging van een vonnis waarin Bouwplan Beheer B.V. (hierna: Bouwplan) is veroordeeld om € 364.821,65 met rente en proceskosten te betalen aan MZ Bouw.
(ii) In het bestreden eindvonnis heeft de rechtbank met betrekking tot dit derdenbeslag vastgesteld dat aan MZ Bouw € 452.333,01 toekomt en bij gebreke van deugdelijke gerechtelijke verklaring Hotel Assendelft veroordeeld om aan de deurwaarder belast met de executie van het tussen MZ Bouw en Bouwplan gewezen vonnis € 453.333,01 (het hof leest:
€ 452.333,01) te betalen met rente.
(iii) Na het uitbrengen van de appeldagvaarding, op 29 augustus 2023, is Bouwplan failliet verklaard.
2.2.
Als gevolg van de faillietverklaring is het derdenbeslag vervallen (art. 33 Fw). Deze faillietverklaring heeft tot gevolg dat dit geding dat strekt tot een tenuitvoerlegging van een tegen Bouwplan uitgesproken veroordeling een einde heeft genomen. Dat wordt niet anders door de door MZ Bouw genoemde mogelijkheid dat het faillissement van Bouwplan bij gebrek aan baten zal worden opgeheven. Hotel Assendelft stelt op zichzelf terecht dat zij in verband met de tegen haar uitgesproken proceskostenveroordeling belang behoudt bij de beoordeling van het hoger beroep tegen het bestreden vonnis. Noch het appelexploot noch de memorie van grieven bevat echter enige grief die aan de daaraan te stellen eisen voldoet. Hotel Assendelft zal daarom niet ontvankelijk worden verklaard in haar hoger beroep voor zover het is gericht tegen de proceskostenveroordeling. Zij zal worden veroordeeld in de proceskosten in het hoger beroep die aan de zijde van MZ Bouw worden begroot op € 8.332 (€ 5.689 aan verschotten en € 2.643 aan salaris advocaat).

3.Beslissing

Het hof:
verstaat dat dit geding met de faillietverklaring van Bouwplan een einde heeft genomen;
verklaart Hotel Assendelft niet-ontvankelijk in haar hoger beroep voor zover het is gericht tegen de proceskostenveroordeling;
veroordeelt Hotel Assendelft in de kosten van het geding in hoger beroep, tot op heden aan de zijde van MZ Bouw begroot op € 8.332.
Dit arrest is gewezen door mrs. S.C.H. Molin, L. Alwin en E.E. van Tuyll van Serooskerken-Röell en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 2 juli 2024.