Uitspraak
mr. G.R.G. Driessen, mr. D.J. Verduinen
mr. N. Saidi, allen kantoorhoudende te Amsterdam,
VMS BEHEER B.V.,
7SEAS SHIPPING B.V.,
ATLANTIC B.V.,
mr. E.J. Heijnenkantoorhoudende te Den Haag,
[B] ,
[E] ,h.o.d.n.
[C Management],
mr. E.J. Heijnenkantoorhoudende te Den Haag.
- verzoekster als [A Holding] ;
- [A] als [A] ;
- verweersters afzonderlijk als VMS Holding, VMS Beheer, 7Seas Shipping, Atlantic en Pacific en gezamenlijk als VMS c.s.;
- belanghebbenden afzonderlijk als PMV Investments, [B] en [E] en gezamenlijk als PMV Investments c.s.;
- VMS c.s. en PMV Investments c.s. gezamenlijk als verweersters.
1.Het verloop van het geding
2.Inleiding en feiten
3.De gronden van de beslissing
asset stripping”);
asset stripping. Zij hebben toegelicht dat De Pacific was verkocht aan Veka Shipbuilding B.V. (een vennootschap waarin [B] de uiteindelijk belanghebbende is), die het scheepscasco zou afbouwen ten behoeve van de uiteindelijke Noorse koper van De Pacific. Omdat de Noorse koper een verlengd schip wenste, De Atlantic een dergelijk schip is (in tegenstelling tot De Pacific) en bovendien al was verbouwd, is het plan ontstaan om De Atlantic in plaats van De Pacific aan de Noorse koper te leveren. [A] heeft met deze gang van zaken ingestemd, aldus verweersters.