ECLI:NL:GHAMS:2024:166
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot opheffing van bewind wegens noodzakelijkheid van bescherming
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 23 januari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwijzing van een verzoek tot opheffing van bewind. De rechthebbende, geboren in 1969, had eerder zelf verzocht om onderbewindstelling vanwege ernstige psychische problemen, waaronder een bipolaire stoornis. De bewindvoerder, BIS Diensten B.V., was aangesteld om de financiën van de rechthebbende te beheren. De rechthebbende verzocht nu om opheffing van het bewind, stellende dat hij psychisch stabiel was en zijn schulden aan het aflossen was. De bewindvoerder daarentegen betoogde dat het bewind nog steeds noodzakelijk was, gezien de mogelijkheid van een terugval in de psychische toestand van de rechthebbende en de lopende schuldenregelingen. Het hof oordeelde dat, hoewel de rechthebbende een korte periode stabiel was, er nog onvoldoende bewijs was dat het bewind niet meer noodzakelijk was. Het hof bekrachtigde de eerdere beschikking van de kantonrechter, waarbij het bewind was ingesteld, en wees het verzoek tot opheffing af. De rechthebbende en zijn kinderen waren van mening dat ondersteuning bij de financiën nog steeds nodig was, totdat de schulden volledig waren afgelost. Het hof concludeerde dat er een langere periode van stabiliteit nodig was voordat het bewind kon worden opgeheven.