ECLI:NL:GHAMS:2024:1543
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- A.W.T. Klappe
- A.R.O. Mooy
- R.D. van Heffen
- Rechtspraak.nl
Toekenning van schadevergoeding voor kosten rechtsbijstand in strafzaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 mei 2024 uitspraak gedaan op een gezamenlijk verzoekschrift van twee verzoekers, die rechtsbijstandskosten vergoed wilden krijgen. Het verzoekschrift was op 20 april 2023 ingekomen en de advocaat-generaal heeft op 10 mei 2024 zijn standpunt kenbaar gemaakt. Tijdens de openbare behandeling van het verzoekschrift in raadkamer op 14 mei 2024 waren de verzoekers en hun advocaat niet aanwezig. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken en eerdere uitspraken, waaronder een beschikking van 14 maart 2023 waarin de teruggave van een geldbedrag aan de klagers was gelast.
De verzoekers vroegen om een vergoeding van € 964,95 voor kosten van rechtsbijstand in verband met een eerder klaagschrift en € 340,00 voor de kosten van de huidige verzoekschriftprocedure. Het hof oordeelde dat er gronden van billijkheid aanwezig waren voor de toekenning van deze vergoedingen. Het hof heeft besloten om het verzochte toe te wijzen en kent aan verzoeker een totale vergoeding toe van € 1.304,95. De beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier en is uitgesproken tijdens de openbare zitting van het hof.