ECLI:NL:GHAMS:2024:1529

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
14 mei 2024
Publicatiedatum
4 juni 2024
Zaaknummer
000904-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning van schadevergoeding voor kosten rechtsbijstand in strafzaak

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 mei 2024 uitspraak gedaan op een verzoekschrift van de verzoeker, die een schadevergoeding vroeg voor kosten van rechtsbijstand in verband met een strafzaak. Het verzoekschrift is op 16 november 2023 ingediend en de advocaat-generaal heeft op 6 maart 2024 zijn standpunt kenbaar gemaakt. Tijdens de openbare behandeling van het verzoekschrift in raadkamer op 14 mei 2024 was de verzoeker en zijn advocaat niet aanwezig. De verzoeker vroeg om een vergoeding van € 2.172,85 voor kosten gemaakt in de strafzaak en € 340,00 voor kosten in de verzoekschriftprocedure.

Het hof heeft vastgesteld dat de strafzaak, die eindigde zonder oplegging van straf of maatregel, aanleiding geeft tot toekenning van een schadevergoeding. Volgens artikel 534, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) is toekenning van een schadevergoeding mogelijk indien er gronden van billijkheid aanwezig zijn. Het hof oordeelde dat deze gronden aanwezig zijn voor zowel de kosten van rechtsbijstand in de strafzaak als in de verzoekschriftprocedure. Uiteindelijk heeft het hof besloten om een totale vergoeding van € 2.512,85 toe te kennen aan de verzoeker, die onmiddellijk moet worden overgemaakt.

De beschikking is ondertekend door de voorzitter, mr. A.W.T. Klappe, en de griffier, mr. D. de Jong, en is uitgesproken tijdens de openbare zitting van het hof.

Uitspraak

beschikking
GERECHTSHOF AMSTERDAM
afdeling strafrecht
rekestnummer(s): 000904-23 (530 Sv)
parketnummer in hoger beroep: 23-002861-22
Beschikking op het verzoekschrift op de voet van artikel 530 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
[verzoeker],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1992,
domicilie kiezende ten kantore van zijn advocaat, mr. J.T.E. Vis,
Silodam 231, 1013 AS Amsterdam.

1.Procesverloop

Het verzoekschrift is op 16 november 2023 ingekomen.
Op 6 maart 2024 heeft de advocaat-generaal het standpunt van het Openbaar Ministerie kenbaar gemaakt.
Het hof heeft kennis genomen van de stukken in de strafzaak met voormeld parketnummer en heeft op 14 mei 2024 de advocaat-generaal ter gelegenheid van de openbare behandeling van het verzoekschrift in raadkamer gehoord. Verzoeker en zijn advocaat zijn met kennisgeving hiervan niet in raadkamer verschenen.

2. Inhoud van het verzoek

Het verzoek strekt tot het verkrijgen van een vergoeding ter zake van:
kosten gemaakt in verband met rechtsbijstand ten behoeve van de strafzaak met voormeld parketnummer ten bedrage van € 2.172,85;
kosten gemaakt in verband met rechtsbijstand ten behoeve van onderhavige verzoekschriftprocedure ten bedrage van € 340,00.

3.Beoordeling van het verzoek

Bij arrest van dit hof van 10 oktober 2023 is de strafzaak met voormeld parketnummer geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel en zonder dat toepassing is gegeven aan artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht (Sr).
Het verzoekschrift is tijdig ter griffie van dit hof ingediend.
Ingevolge het bepaalde in artikel 534, eerste lid, Sv heeft de toekenning van een schadevergoeding steeds plaats, indien en voor zover daartoe naar het oordeel van de rechter, alle omstandigheden in aanmerking genomen, gronden van billijkheid aanwezig zijn.
Gronden van billijkheid zijn aanwezig voor toekenning van een vergoeding ter zake van kosten rechtsbijstand ten behoeve van de strafzaak tot een bedrag van € 2.172,85.
Gronden van billijkheid zijn aanwezig voor toekenning van een vergoeding ter zake van kosten rechtsbijstand in de onderhavige verzoekschriftprocedure tot een bedrag van € 340,00.

4.Beslissing

Het hof :
Wijst het verzochte toe.
Kent op de voet van artikel 530 Sv aan verzoeker een vergoeding toe van € 2.512,85 (tweeduizend vijfhonderd twaalf euro en vijfentachtig cent).
Beveelt de onverwijlde betekening van deze beschikking aan verzoeker.
Deze beschikking is gegeven door de meervoudige raadkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mrs. A.W.T. Klappe, R.D. van Heffen en A.R.O. Mooy, in tegenwoordigheid van
mr. D. de Jong als griffier, is ondertekend door de voorzitter en de griffier en is uitgesproken op de openbare zitting van dit hof van 14 mei 2024.
De voorzitter beveelt:
de tenuitvoerlegging van deze beschikking door overmaking van € 2.512,85 op bankrekeningnummer [rekeningnummer] t.n.v. [tnv] o.v.v. [ovv].
Amsterdam, 14 mei 2024,
mr. A.W.T. Klappe, voorzitter.