Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
- de kinderen hun hoofdverblijfplaats zullen hebben bij de vrouw;
- de regeling inzake de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken (hierna: zorgregeling)
- de vrouw tegenover de man het recht heeft om in de voormalig echtelijke woning aan [A-straat] te [plaats B ] (hierna: woning) te blijven wonen en de tot de inboedel daarvan behorende zaken te blijven gebruiken tot zes maanden na de inschrijving van de beschikking tot echtscheiding in de registers van de burgerlijke stand, als zij de woning ten tijde van die inschrijving bewoont;
- de man een bedrag van € 304,- per kind per maand aan kinderalimentatie aan de vrouw dient te betalen, met ingang van de datum van de beschikking;
- de man, zolang hij dubbele woonlasten heeft, een bedrag van € 39,- per maand aan partneralimentatie dient te betalen, met ingang van de dag van inschrijving van de beschikking tot echtscheiding in de registers van de burgerlijke stand en dat hij, vanaf het moment dat hij geen dubbele woonlasten meer heeft, een bedrag van € 316,- per maand aan partneralimentatie dient te voldoen.
- de woning wordt toegedeeld aan de man tegen een te taxeren waarde, onder de voorwaarde dat de vrouw wordt ontslagen uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de aan de woning verbonden hypothecaire geldleningen uiterlijk op 22 juni 2022, waarbij aan haar de helft van de overwaarde wordt uitgekeerd. Indien de man de woning niet kan overnemen binnen de gestelde termijn, zal de woning aan een derde worden verkocht op een door de rechtbank bepaalde wijze;
- de auto van het merk Toyota met kenteken [kenteken 1] wordt toebedeeld aan de vrouw en de auto van het merk Toyota met kenteken [kenteken 2] wordt toegedeeld aan de man, een en ander zonder nadere verrekening;
- ieder van partijen behoudt de inboedel die hij of zij onder zich heeft, waarbij de man een bedrag van € 15.000,- aan de vrouw dient te betalen ter zake van overbedeling;
- de beslissing ten aanzien van de verdeling van (de waarde van het aandeel van de man in) de vof is aangehouden.
- het verzoek van de man bepaalde sieraden aan de vrouw toe te delen en te bepalen dat zij hem hiervoor een vergoeding dient te betalen;
- het verzoek van de man te bepalen dat de stereo-installatie met boxen en de speedboot niet in de huwelijksgemeenschap vallen. Wel heeft de rechtbank overwogen dat partijen zijn overeengekomen dat deze zaken zullen worden getaxeerd, waarna een verdeling zal plaatsvinden (stereo-installatie en boxen) dan wel de getaxeerde waardes zullen worden gemiddeld (speedboot);
- het verzoek van de man te bepalen dat partijen ieder voor de helft draagplichtig zijn voor een schuld van hem aan zijn vader ter hoogte van € 50.000,-, te vermeerderen met 6% rente.
- de hoofdverblijfplaats van de kinderen niet vast te stellen, dan wel deze bij de man vast te stellen;
- een tussen partijen gelijke zorgregeling vast te stellen, waarbij de kinderen de ene week bij de vrouw verblijven en de andere week bij de man, met een wisseling op de maandag uit school, en de vakanties, feestdagen en bijzondere dagen bij helfte worden verdeeld;
- de door de man te betalen kinder- en partneralimentatie op nihil te stellen met ingang van de datum van de echtscheidingsbeschikking, althans de datum van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in registers van de burgerlijke stand;
- het inleidend verzoek van de vrouw ter zake het voortgezet gebruik van de woning alsnog af te wijzen;
- te bepalen dat de vrouw met ingang van de datum van de echtscheidingsbeschikking een gebruiksvergoeding van € 583,- per maand aan de man dient te voldoen, totdat de woning aan een derde wordt verkocht en geleverd.
- de vrouw gehouden is de zakelijke lasten van de woning volledig te dragen met ingang van de datum van de echtscheidingsbeschikking;
- de door de man gedane aflossingen op de hypotheekschuld sinds 23 september 2021, te weten de datum van indiening van het echtscheidingsverzoek, niet voor verdeling in aanmerking komen;
- "de onderneming" niet een vermogensbestanddeel betreft van de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap van partijen;
- de door de vrouw gereden auto (Toyota met kenteken [kenteken 1] ) aan de vrouw wordt toegedeeld en zij ingevolge deze overbedeling een vergoeding van € 1.500,- aan de man is verschuldigd;
- de inboedel van partijen als feitelijk verdeeld zal worden beschouwd, waarbij aan ieder van partijen zal worden toegedeeld hetgeen diegene thans onder zich heeft, zonder nadere verrekening tussen partijen;
- het gereedschap, de stereo/audioapparatuur of -installatie en boxen eigendom zijn van de vof en niet in de huwelijksgemeenschap vallen, zodat de man ter zake geen vergoeding verschuldigd is aan de vrouw;
- de (speed)boot aan een derde in eigendom toebehoort en aldus niet voor verdeling tussen partijen in aanmerking komt en de man aan de vrouw geen vergoeding ter zake verschuldigd is;
- de door de vrouw gedragen sieraden aan de vrouw worden toegedeeld en daaruit door de vrouw een vergoedingsverplichting bestaat van € 1.402,25 aan de man;
- de schuld van de man aan zijn vader van € 50.000,- in hoofdsom, vermeerderd met de daarover verschuldigde cumulatieve rente van 6% per jaar van € 169.978,-, in de huwelijksgemeenschap valt, zodat ieder daarvan de helft dient te dragen en als zijn/haar schuld dient te voldoen aan de vader van de man, waarbij geldt dat de man gerechtigd is om ten laste van het door hem aan de vrouw te betalen aandeel in de waarde van zijn aandeel in de vof in mindering te brengen (en voor het overige gerechtigd is de uitkering van de overwaarde van de echtelijke woning af te wachten, waaruit het restant zal mogen worden voldaan door man);
- de man het recht heeft om in tien jaarlijkse termijnen de aan de vrouw te betalen som ingevolge de verdeling van de waarde van zijn aandeel in de vof te voldoen;
- de man het recht heeft om eventuele vergoedingen, te betalen aan de vrouw, niet eerder te voldoen dan op het moment dat de overwaarde aan partijen uitgekeerd wordt in het kader van de verkoop en het transport van de woning.
- het gemiddelde winstaandeel van de man € 99.754,- bedraagt en zij verzoekt aan de hand hiervan de hoogte van de kinder- en partneralimentatie vast te stellen;
- de netto behoefte van de vrouw € 1.044,41 per maand bedraagt;
- de man geen premie voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering in mindering kan brengen op zijn draagkracht. Indien de man wel wordt toegestaan deze premie in mindering te brengen op zijn draagkracht, dient de premie vastgesteld te worden op maximaal € 294,- per maand;
- geen rekening wordt gehouden met dubbele woonlasten van de man in zijn draagkracht, behalve de woonlasten van de echtelijke woning, althans dat de woonlasten van de man in goede justitie te worden bepaald.
- de waarde van de speedboot € 18.000,- bedraagt en dat primair het volledige bedrag haar toekomt, subsidiair de man € 18.000,- aan de gemeenschap dient te vergoeden ten gevolge waarvan hij € 9.000,- aan de vrouw dient te voldoen en meer subsidiair de vrouw € 9.000,- toekomt uit verdeling van de boot, welk bedrag binnen twee weken na de te wijzen beschikking dient te worden voldaan;
- de man een bedrag van € 16.200,- aan de gemeenschap dient te vergoeden in verband met de opnamen van contanten, ten gevolge waarvan de man aan de vrouw € 8.100,- dient te voldoen, welk bedrag binnen twee weken na de te wijzen beschikking dient te worden voldaan;
- de auto’s worden afgewikkeld door betaling van € 13.977,50 door de man aan de vrouw, welk bedrag binnen twee weken na de te wijzen beschikking dient te worden voldaan.
5.De motivering van de beslissing
€ 68.282,-. Volgens de man dient de behoefte van de kinderen te worden berekend op grond van zijn winstaandeel in de vof over uitsluitend het jaar 2021 ter hoogte van € 30.926,-. Hiertoe voert hij - samengevat - aan dat sprake is van een dalende lijn in de omzet van de vof door in- en externe omstandigheden. Zo werkt de man (ten opzichte van de periode tot en met 2020) sinds de scheiding minder in verband met de omgangsregeling met de kinderen en overige scheidingsperikelen. Zijn winstaandeel is in 2020 ook gedaald van 50% naar 40% vanwege zijn teruglopende aanwezigheid en productiviteit in verband met de echtscheiding. Daarnaast zijn door corona potentiële klanten van de vof huiverig om te investeren en zijn er klanten weggelopen. Het resultaat van de vof over de jaren 2019 en 2020 is volgens de man daarom niet representatief voor het resultaat in de jaren erna en geeft een vertekend (te hoog) beeld.
.Het hof is voorts van oordeel dat van de vrouw wel terugbetaling van de door haar teveel ontvangen bedragen aan partneralimentatie kan worden verlangd, mede gelet op het nog door haar te ontvangen deel van de overwaarde van de woning na verkoop.
- een paar zwarte speakers JK Acoustics, Ultimate;
- twee McIntosh versterkers, C1000C en C1000P;
- twee McIntosh eindversterkers MC2301;
- een platenspeler ClearAudio Performance;
- een paar bruine speakers KEF type 207,