Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
in geval van gezamenlijk gezag heeft een kind woonplaats bij de ouder bij wie het feitelijk (het meest) verblijft, en behoort het ook bij die ouder te worden ingeschreven. Krachtens de huidige feitelijke zorgregeling verblijven de kinderen vijf van de veertien nachten bij de vader en negen van de veertien nachten bij de moeder, waarbij de vakanties en feestdagen gelijk over de ouders verdeeld zijn. Het zwaartepunt van de verzorging en opvoeding van de kinderen ligt bij de moeder. Bovendien zijn er geen feiten of omstandigheden naar voren gekomen waaruit blijkt dat het belang van de kinderen zich tegen bepaling van hun hoofverblijfplaats bij de moeder verzet.