ECLI:NL:GHAMS:2024:100
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Bekrachtiging van de beschikking inzake het mentorschap en bewindvoering
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 16 januari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over de bestreden beschikking van de kantonrechter van 13 april 2023. De zaak betreft een verzoek tot ontslag van de mentor, [mentor], door de bewindvoerder, [bewindvoerder], en de begeleider, [begeleider]. De kantonrechter had eerder het verzoek om ontslag van de mentor afgewezen, wat door de verzoekers in hoger beroep werd bestreden. De verzoekers stelden dat er gewichtige redenen waren voor het ontslag van de mentor, onder andere vanwege het niet betalen van zorggelden en een verstoorde verhouding tussen de mentor en de betrokkene. Het hof heeft echter geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was voor deze gewichtige redenen. Het hof concludeerde dat de belangen van de betrokkene op een professionele manier door de mentor worden behartigd en dat de communicatieproblemen niet voldoende zijn om het ontslag te rechtvaardigen. De verzoeken van de bewindvoerder zijn dan ook afgewezen en de beschikking van de kantonrechter is bekrachtigd. De kostenveroordelingen van beide partijen zijn eveneens afgewezen, gezien de aard van de procedure.