In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 4 april 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over het ontslag van de executeur van de nalatenschap van erflater, die op 29 juni 2015 is overleden. De zaak betreft een complexe nalatenschap met meerdere erfgenamen, waaronder [kind 1], [kind 2], [kind 3], [kind 4] en [kind 5]. De kantonrechter had eerder het verzoek om de executeur, [kind 2], te ontslaan afgewezen, omdat er volgens hem geen gewichtige redenen waren. Echter, het hof oordeelt dat er wel degelijk gewichtige redenen zijn voor ontslag. Het hof constateert dat de afwikkeling van de nalatenschap al bijna acht jaar duurt en dat de executeur tekortschiet in haar taken. Er zijn aanwijzingen dat de executeur niet adequaat handelt, zoals het niet innen van vorderingen en het gebrek aan communicatie met de erfgenamen. Het hof benoemt [kind 1] als opvolgend executeur, omdat hij eerder ervaring heeft opgedaan met de afwikkeling van een andere nalatenschap en de voorkeur geniet van de overige erfgenamen. De executeur wordt opgedragen om binnen vier weken alle relevante informatie aan [kind 1] te verstrekken en rekening en verantwoording af te leggen over haar beheer. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.