ECLI:NL:GHAMS:2023:798

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
1 maart 2023
Publicatiedatum
3 april 2023
Zaaknummer
200.315.771/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanwijzing onderzoeker in vennootschapsrechtelijke procedure met betrekking tot MvV en Il Re

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, uitgesproken op 1 maart 2023, heeft de Ondernemingskamer een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MvV. Dit volgde op een eerdere mondelinge uitspraak van 29 september 2022, waarin Il Re als bestuurder van MvV werd geschorst. De Ondernemingskamer heeft mr. drs. D.R. de Breij aangewezen als bestuurder en heeft een onderzoek ingesteld naar de gang van zaken binnen MvV over de periode vanaf 1 december 2021. De beschikking van 30 september 2022 bevatte onmiddellijke voorzieningen, waaronder een verbod op stemmingen over bepaalde onderwerpen tijdens aandeelhoudersvergaderingen van MvV. In de beschikking van 1 maart 2023 werd mr. C.J. van Dijk aangewezen als onderzoeker, en de beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De uitspraak werd gedaan door een panel van rechters, waaronder de voorzitter A.W.H. Vink, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.315.771/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 1 maart 2023
inzake
de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A] B.V.,
gevestigd te [....] ,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mr. M.R.C. van Zoest,
mr. P.E. Hendriksenen
mr. B. van Voorst, allen kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MINISTERIE VAN VOEDINGSZAKEN B.V.,
gevestigd te Schalkhaar, gemeente Deventer,
VERWEERSTER,
advocaten:
mr. Y.N. Rosina, kantoorhoudende te Naarden, en
mr. G.W. van Bolhuis, kantoorhoudende te Halfweg, gemeente Haarlemmermeer,
e n t e g e n
1. de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
IL RE B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
FELTWERK B.V.,
gevestigd te ’s-Gravenhage,
BELANGHEBBENDEN,
advocaten:
mr. Y.N. Rosina, kantoorhoudende te Naarden, en
mr. G.W. van Bolhuis, kantoorhoudende te Halfweg, gemeente Haarlemmermeer.
Hierna zal verzoekster worden aangeduid als [A] en verweerster als MvV. Belanghebbende sub 1 zal worden aangeduid als Il Re.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar het proces-verbaal van het verhandelde ter openbare terechtzitting van 29 september 2022 in deze zaak en naar haar beschikkingen in deze zaak van 30 september 2022 en van 23 februari 2023.
1.2
De Ondernemingskamer heeft op de zitting van 29 september 2022 op de voet van artikel 2:349a lid 3 BW mondeling uitspraak gedaan en bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van de procedure met onmiddellijke ingang Il Re als bestuurder van MvM geschorst en, voor zover nodig in afwijking van de statuten van MvM, een nader aan te wijzen persoon benoemd tot bestuurder van MvM met beslissende stem en bepaald dat deze bestuurder zelfstandig bevoegd is MvM te vertegenwoordigen en dat zonder deze bestuurder MvM niet vertegenwoordigd kan worden. Voorts heeft de Ondernemingskamer voor de duur van de procedure verboden dat op enige aandeelhoudersvergadering van MvM zal worden gestemd over een situatie als bedoeld in artikel 10a van de statuten van MvM (zoals opgenomen bij statutenwijziging van 16 augustus 2022).
1.3
Bij de beschikking van 30 september 2022 heeft de Ondernemingskamer mr. drs. D.R. de Breij te Utrecht aangewezen als bestuurder zoals bedoeld in de mondelinge uitspraak van 29 september 2022.
1.4
Bij de beschikking van 23 februari 2023 heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van MvV over de periode vanaf 1 december 2021, een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten en de vaststelling van het bedrag dat het onderzoek mag kosten aangehouden. Tevens heeft zij bij die beschikking de ter zitting van 29 september 2022 getroffen onmiddellijke voorzieningen gehandhaafd.

2.De gronden van de beslissing

De Ondernemingskamer zal thans de hierna te vermelden persoon aanwijzen als onderzoeker, een en ander zoals bedoeld in de beschikking in deze zaak van 23 februari 2023.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
wijst aan als onderzoeker zoals bedoeld in de beschikking in deze zaak van 23 februari 2023: mr. C.J. van Dijk te Ede;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. C.C. Meijer en mr. J.M. de Jongh, raadsheren, en drs. M.A. Scheltema en prof. drs. E. Eeftink RA, raden, in tegenwoordigheid van mr. B.J. Blok, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 1 maart 2023.