ECLI:NL:GHAMS:2023:406
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Klacht van het Bureau Financieel Toezicht tegen een oud-gerechtsdeurwaarder met betrekking tot bewaringspositie en ontzetting uit het ambt
In deze zaak heeft het Bureau Financieel Toezicht (BFT) een klacht ingediend tegen een oud-gerechtsdeurwaarder vanwege verschillende tekortkomingen in de financiële administratie en bewaringspositie. Het BFT heeft geconstateerd dat er bewaringstekorten zijn ontstaan en dat de oud-gerechtsdeurwaarder niet heeft voldaan aan zijn administratieverplichtingen. Dit leidde tot een schorsing van de oud-gerechtsdeurwaarder op verzoek van het BFT. De oud-gerechtsdeurwaarder heeft in hoger beroep beroep aangetekend tegen de beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders, die hem de maatregel van ontzetting uit het ambt had opgelegd. Tijdens de behandeling van de zaak in hoger beroep heeft de oud-gerechtsdeurwaarder erkend dat de klacht gegrond is, maar heeft hij verzocht om de termijn van de maatregel te verkorten. Het hof heeft de klacht van het BFT gegrond verklaard en de maatregel van ontzetting uit het ambt bevestigd, maar de termijn waarbinnen de oud-gerechtsdeurwaarder niet aan een gerechtsdeurwaarder kan worden toegevoegd, beperkt tot drie maanden. De beslissing van het hof is openbaar uitgesproken op 21 februari 2023.