In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 mei 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1989, was beschuldigd van bedreiging van zijn jongere zusje op 9 april 2022 te Amsterdam. De bedreiging bestond uit de uitspraak: 'Ik ga koelie's op je afsturen en die gaan je dan vermoorden en verkrachten'. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 40 uren, subsidiair 20 dagen hechtenis, en een vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd, waaronder een contactverbod met de aangeefster.
In hoger beroep heeft het hof de zaak opnieuw beoordeeld, waarbij het hof een andere bewijsconstructie hanteerde. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte het tenlastegelegde feit heeft begaan, maar heeft de vrijheidsbeperkende maatregel niet opgelegd, omdat er geen aanwijzingen waren dat de verdachte opnieuw contact met zijn zusje zou zoeken. Het hof heeft de verdachte een voorwaardelijke taakstraf van 40 uren opgelegd met een proeftijd van twee jaren, waarbij de ernst van het feit werd benadrukt, maar ook rekening werd gehouden met de omstandigheden waaronder het feit was gepleegd en de huidige situatie van de verdachte.
De beslissing van het hof is gebaseerd op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 285 van het Wetboek van Strafrecht. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij de verdachte werd vrijgesproken van hetgeen meer of anders was tenlastegelegd dan het bewezenverklaarde.