ECLI:NL:GHAMS:2023:3621
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek in hoger beroep met wrakingsverbod
In deze zaak heeft de wrakingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 23 oktober 2023 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door verzoeker in het kader van een hoger beroep tegen een eerder vonnis van de kantonrechter. De hoofdzaak betreft een veroordeling van verzoeker tot betaling van een geldboete van € 240,00 wegens een overtreding van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990. Verzoeker had eerder al twee wrakingsverzoeken ingediend, die respectievelijk waren afgewezen en ingetrokken. Tijdens de behandeling van de hoofdzaak op 21 augustus 2023 heeft verzoeker opnieuw de raadsheer mr. R.P. den Otter gewraakt, omdat hij vond dat er geen sprake was van een eerlijke rechtsgang. De wrakingskamer oordeelde dat de beslissing van de raadsheer om het verzoek tot het horen van een getuige aan te houden een procedurele beslissing was en geen grond voor wraking kon vormen. Bovendien werden nieuwe gronden die verzoeker aanvoerde niet in de beoordeling betrokken, omdat deze niet gelijktijdig met het wrakingsverzoek waren ingediend. De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker het wrakingsmiddel misbruikte, wat leidde tot een wrakingsverbod voor toekomstige verzoeken in deze hoofdzaak. De beslissing werd genomen door een collegiaal orgaan van rechters, waarbij mr. R.D. van Heffen niet in staat was om de beslissing mede te ondertekenen.